INFO Douglas A20 DB7 Boston
- 1461
Fabriek | Douglas |
Vliegtuig | Boston / Havoc |
Type-aanduiding | DB-7 Boston III |
Cat 4 -- totaal 24 ???? stuks |
A-20C Havoc |
Informatie:
Bommenwerper, ontworpen door Douglas USA. Prototype vloog 1938 als DB-7. Ontworpen als lichte duikbommenwerper en mogelijk grond aanvals-vliegtuig. Er waren export mogelijkheden, o.a. naar Frankrijk. Na het begin van de Tweede Wereldoorlog gingen er veel naar de Engelse RAF met de naam Boston. Uiteindelijke werden er meer dan 7000 stuks gebouwd to ver in 1944. Er waren diverse versies van dit type, ook met dichte of glazen neus. De DB-7B was de Boston bestemd voor de Engelsen met Wright R2600-A5B 1600 pk twin cyclone motoren. De DB-7C was bestemd voor Nederland (met o.a. instructies in het Nederlands).
Gegevens:
2x Wright R2600 cyclone 1600 pk motoren 14 cylinders
Spanwijdte: 18,69 m
Lengte: 14,63 m
Maximum snelheid: 520 km/u op hoogte
Vliegbereik: 1500 km
Maximum bommenlading: 1180 kg bommen
4 man bemanning van vlieger, vlieger-navigator en meestal twee schutters
Literatuur: | ||||
Havoc / Boston | Hall park | Warpaint | no.32 |
.
Websites: |
- - https://en.wikipedia.org/wiki/Douglas_A-20_Havoc |
FOTO GALERIJ:
Deze inhoud op deze pagina werd voor het eerst opgesteld zomer 2004 door M.de Vreeze
4. MLD Douglas DB-7 / A-20 Boston
- 2433
Cat 4. MLD
Door de Netherlands Purchasing Comittee gezeteld in New York USA werden er 48 DB-7C toestellen besteld. Nederland zelf was al bezet, maar Indië nog niet. Maar vanwege de Japanse oorlogsdreiging werden er 32 DB-7 (waarschijnlijk type DB-7B of Amerikaanse aanduiding A-20) toestellen vrijgemaakt uit de Amerikaanse productie voor Nederlands-Indië. Met de Japanse aanval op het Amerikaanse Pearl Harbor 6 december 1941 was een concrete oorlog geworden ook voor de Amerikanen in de Verre Oost en Japan was met de opmars bezig.
De Amerikanen maakten daarom veel haast met de levering van de Bostons (en ook andere gewenste toestellen) voor de verdediging van Indië. Het plan was dat vliegtuigen in kratten zouden worden geleverd en in diverse schepen over de Pacific verscheept en lokaal zou assemblage op Java volgens plan moeten plaatsvinden. De Bostons waren bedoeld voor de MLD met Magoewo bij djokjakarta aangewezen als assemblage veld. Vanwege de haast kwamen de Bostons met name uit een depot in Ogden, Utah USA, en waren in licentie door Boeing gebouwd vanwege waarschijnlijk een Engels contract (voor de Royal Air Force waar het DB-7 type de Boston werd genoemd) en een Frans contract. Frankrijk was reeds in Europa gevallen in 1940 en de vliegtuigen konden dus worden toegewezen aan Nederland; dit verklaart bijvoorbeeld ook dat (een aantal van) de Nederlandse DB-7 vliegtuigen instrumenten met metrische schalen hadden (aangeduid als DB-7C ?).
De Amerikaanse toewijzing van 32 toestellen was een feit op 24 december 1941 en de formele overdracht ("aanvaarding") van de kisten werd in de Douglas fabriek gedaan door een vertegenwoordiger van de Netherlands Purchasing Commissie (NPC) uit New York.
Douglas ging de kisten gevechtsgereed te maken en in secties verpakken in scheepskratten voor verscheping naar Indië. Dit gaf ook Douglas de mogelijkheid om een aantal aanpassingen te doen aan de lichte bommenwerper / aanval variant. Al waren ze niet uitgerust voor het laten vallen van torpedo’s maar met uitrusting en bewapening volgens RAF standaard, bijvoorbeeld met de Britse Mark II bomb sight. Douglas paste de RAF-camouflage enigszins aan. Naast oranje driehoeken omringd door een zwarte rand op de romp en de onderzijden van de vleugel kwam er een D- serienummer ter plaatse van het RAF-serienummer, en de kisten kregen meerdere beletteringen in het Nederlands in de cockpit. Alleen de eerste zes toestellen verpakt in kratten en gedemonteerd werden verpakt zonder NEI markeringen en de zwarte titels KON.MARINE op de neus. De Britse nationale markeringen en de RAF serienummers waren al overgeschilderd met camouflage verf maar waarschijnlijk was wel het D-serienummer al aangebracht.
De eerste zes verzonden vliegtuig waren door het schip ms. Kota Baroe aan boord genomen in San Francisco in januari 1942. (dit schip had ook nog wat Lockheed 12A lichte transportvliegtuigen en Curtiss Wright CW-22B aan boord). Andere kisten waren onderweg met andere schepen. De Japanse aanval op Indië was in volle gang, en de andere schepen weken uit. Uiteindelijk kwamen 22 Boston (van de 32 toegewezen Bostons), die waren verscheept vanuit New York of San Francisco in januari en februari 1942, aan in Melbourne of Sydney.
De eerste zes Bostons waren wel aangekomen "boxed en crated" aan boord van de ms. Kota Baroe in de haven van Tjilatjap aan de mid zuid-Javaanse kust op 27 februari 1942. (het is niet helemaal duidelijk welke serienummers deze hadden). Maar de beoogde montagehal op vliegveld Magoewo bij Djokjakarta was ondertussen beschadigd door zware Japanse luchtaanval op 22 februari 1942. Op 1 en 2 maart 1942 werd Djokjakarta wederom aangevallen vanuit de lucht door de Japanners. Besloten werd zelfs tot evacuatie als gevolg van de Japanse landingen op Java in de nacht van 28 Februari en 1 maart 1942 en de daaropvolgende Japanse opmars in Midden-Java. Een aantal vliegtuigmonteurs was uit voorzorg al daarom naar Tjilatjap haven gestuurd om de eerste aangekomen DB7 / Bostons te monteren. Ook ander personeel ter plaatse ging helpen, zo'n totaal 90 man. Op 2 maart werden vanuit de Kota Baroe de kratten met de Bostons met kranen geplaatst op de haven kades. Vervolgens werden de kisten met de rompen van 3 vliegtuigen verspreid langs wegen en gepositioneerd aan de rand van de havenstad Tjilatjap onder dekking van bomen. Voorlopig bleven andere kratten behorend bij deze rompen staan op de kades vanwege een gebrek aan transportmiddelen. Havenpersoneel deponeerde de rompen van 3 overige Boston vliegtuigen in het zuidelijke deel van het zogenaamde nieuwe haventerrein.
Op 3 maart 1942 deden een aantal gevechtsvliegtuigen van de Japanse marine luchtmacht een verkenning van de haven Tjilatjap. Een dag later, om ongeveer tien uur in de ochtend, vielen circa 23 Japanse bommenwerpers begeleid door jagers het haventerrein aan en er werd gebombardeerd. De schade van de grote hoogte bombardementen was niet zo groot en het zuidpuntje van het nieuwe haven gebied werd niet geraakt en de aldaar geplaatste 3 Bostons waren ongeschonden. Sommige militairen van het KNIL echter moesten 2 Bostons evacueren uit de haven hallen om branden te mijden. De 3 reeds verborgen Bostons gingen per spoor naar Bandoeng voor montage op het nabijgelegen vliegveld Andir.
Van de drie resterende Boston achtergebleven op Tjilatjap konden 2 geassembleerd worden voor de latere haven evacuatie. Eén DB7 Boston werd met minimale brandstof om gewicht te besparen aan boord gestart door de vlieger H.V Burgherhout en de take-off lukte vanaf een zeer korte geïmproviseerde baan. Het toestel vloog naar Tasikmalaja met de weinige brandstof. De tweede nog aanwezige Boston die ook al was geassembleerd stond nog bij de haven. Er volgde een zwaar Japans bombardement 5 maart en er waren honderden doden en een enorme schade aan gebouwen en schepen in de haven. Maar de 2 Bostons waren nog ongeschonden maar verder gereed maken had geen zin want de simpele startbaan was onherstelbaar. Het nog aanwezige personeel werd snel overgebracht naar elders zoals Andir om daar te helpen. Er was bij besluit to evacuatie geen gelegenheid om nog al het aanwezig materieel zoals de ene Boston nog verpakt in kratten geheel te vernietigen door de snelle Japanse opmars over de grond. Wel werden wat kratten in het water gemikt en de bewapening onklaar gemaakt.
De enige uitgeweken Boston van vlieger Burgerhout op Tasikmalaja kon niet van brandstof worden voorzien, er was een schreeuwend gebrek aan type 100 octane brandstof. De Boston werd verdekt opgesteld en bij het Japanse bombardement van 5 maart en de volgende dag bleef het ongehavend. Maar er werd opdracht gegeven het onherstelbaar te beschadigen want men wilde niet dat het ongehavend later in Japanse handen viel. Dat gebeurde ook met de lokale RAF toestellen van een RAF squadron (Hurricanes?). Van de 3 Nederlandse DB7 Bostons op Bandoeng die al eerder per spoor waren aangekomen, was er 1 geassembleerd langs de weg naar Andir en 7 maart ter plaatse voor afbouw. Twee Bostons waren al een heel eind geassembleerd maar werden tijdig 7 maart 1942 vernietigd met handgranaten door het MLD team ter plaatse voor de capitulatie. De derde kist die geheel gereed was viel in Japanse handen ( RAF serial number AL906/MLD serial D52). (deze kist ging later naar de Japanse test-unit in Japan op Tachikawa voor testen in mei 1942).
Een andere Boston in kratten was nog relatief ongeschonden gevonden op Tjilatjap. Deze Boston (RAF serial number AL904/MLD serial D51) werd onder Japanse dwang alsnog geassembleerd door gevangen genomen monteurs. Vervolgens werd deze Boston onder dwang overgevlogen naar het veld Andir. Het zou later gaan naar het testcentrum in Japan op Yokusuka (nummer J-D-A-1) .
Een vijftal schepen Mapia, Tabinta, Tarakan, Tossari en Welteverden leverde af de resterende 22 Boston toestellen in kratten af die reeds waren verscheept vanuit New York of San Francisco in januari en februari 1942. De schepen weken uit naar Australische havens van Melbourne en Sydney. In eerste instantie gingen deze vliegtuigen naar de Royal Australian Air Force (RAAF), de overige vier (van de order van 32) in de VS naar de USAAF. (Overigens werden een aantal toestellen daarvan toegewezen aan Rusland maart 1942).
Zo'n 12 Bostons werden bij de RAAF ingezet door no. 22 Squadron RAAF. April 1942 werd op Canberra in Australië het Nederlandse no.18 Netherlands East Indies (NEI) squadron opgericht met Nederlands en Australisch personeel. (ze kregen een zestal B-25C Mitchells en zouden nog meer Mitchells krijgen). De Amerikanen stelden een aantal A-20A (de Amerikaanse versie met USAAF nummers) toestellen beschikbaar aan het no. 18 NEI squadron. (Verder was het plan dat de RAAF een achttal DB-7 Bostons zou leveren in ruil voor Mitchels, maar dat gaf bezwaren van de commandant van 18 NEI squadron. De resulteerde in het feit dat het voorlopig niet gebeurde). Reeds een tweetal weken later werden een aantal van de A-20 kisten ook gevlogen door de Nederlanders van het NEI; deze NEI kisten hadden wel Amerikaanse kenmerken.
(bijdrage van Wilko Jonker)
Een drietal Bostons met driehoeken, een Douglas fabrieks PR foto die waarschijnlijk is gemanipuleerd met driehoeken.
Foto: Collectie Joop Gelauf (used with permission)
A28-18 (AL366) buiklanding, met een Australisch roundel. Foto collectie M. de Vreeze (used with permission)
Registratiegegevens: | |||||
RAF regi? | serienr. |
MLD Registratie |
Datum in dienst | Datum uit dienst | Opmerkingen |
AL359? | 2740 ? | D47 ? | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? of niet toegewezen; kist in USA op Olmstead Field buiten dienst op 02-02-1943 | ||
AL360? | 2741 ? | D48 ? | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? of niet toegewezen; kist gecrashed 17-06-1942 te Hunter (USA) | ||
AL903? | 3835 ? | D50 ? | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? | ||
AL904 | D51 ? | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java; later veroverd Japanse troepen op Tjilatjap en voor testen gebruikt Yokusuka (nummer J-D-A-1) | |||
AL905? | 3837 ? | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? of niet toegewezen; kist gecrashed december 1941 McClellan Field USA? |
|||
AL906 | 3838 ? | D52 ? | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java; weggevlogen vanuit strip haven; later veroverd door Japanse troepen op Andir en voor testen gebruikt Tachikawa mei 1942 | ||
AL889 | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? | ||||
AL896 | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? | ||||
AL900 | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? | ||||
AL901 | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? | ||||
AL903 | a/b Kota Baroe afgeleverd 15-01-1942 Tjilatjap, Java ?? | ||||
AL347 | ?? | a/b Tosari naar Melbourne Australie; RAAF A28-2; afgeschreven mei 1942 te Richmond | |||
AL358 | a/b Tarakan naar Sydney ; RAAF A28-10; afgeschreven november 1944 te Morotai | ||||
AL364 | a/b Tarakan naar Sydney ; RAAF A28-11; uit dienst februari 1945. | ||||
AL365 | a/b Tarakan naar Sydney ; RAAF A28-12; afgeschreven november 1942 Port Moresby | ||||
AL366 | a/b Tabinta naar Sydney ; toegewezen NEI 18 squadron in Australië??; RAAF A28-18; afgeschreven september 1943 te Rockhampton |
||||
AL361 | a/b Weltevreden naar Sydney ; RAAF A28-15; afgeschreven september 1943 op Gasmata island | ||||
AL362 | a/b Weltevreden naar Sydney ; RAAF A28-16; afgeschreven september 1943 op Gasmata island | ||||
AL363 | a/b Weltevreden naar Sydney ; RAAF A28-17; afgeschreven mei 9142 te Richmond | ||||
AL367 | a/b Tarakan naar Sydney ; RAAF A28-13; afgeschreven januari 1943 te Hood Point. | ||||
AL368 | a/b Weltevreden naar Sydney ; RAAF A28-19; afgeschreven oktober 1942 te Woodford | ||||
AL369 | a/b Weltevreden naar Sydney ; RAAF A28-20; afgeschreven november 1942 te Gona Mission | ||||
AL442? | ?? gebruikt NEI 18 squadron in Australië; naar USAAF | ||||
AL887 | a/b Tosari naar Melbourne ; RAAF A28-3; afgeschreven maart 1943 te Salamaua | ||||
AL890 | D65 | a/b Mapia naar Melbourne ; RAAF A28-9; afgeschreven juli 1944 te Kiriwina | |||
AL891 | D66 | a/b Tarakan naar Sydney ; Pegasus met Kon.Marine titel, toegewezen NEI 18 squadron in Australië?; naar RAAF A28-9; 22 RAAF squadron als DU-K; afgeschreven december 1942; | |||
AL892 | a/b Tarakan naar Sydney ; RAAF A28-14; afgeschreven februari 1943 te Malahang | ||||
AL893 | a/b Mapia naar Melbourne ; RAAF A28-4; afgeschreven januari 1943 Port Moresby | ||||
AL894 | a/b Tabinta naar Sydney; RAAF A28-21; afgeschreven februari 1943 te Salamaua | ||||
AL895 | D70 | a/b Mapia naar Melbourne ; RAAF A28-5 | |||
AL897 | a/b Mapia naar Melbourne ; RAAF A28-6; afgeschreven november 1944 te Morotai | ||||
AL898 | a/b Tabinta naar Sydney; RAAF A28-22; afgeschreven november 1942 te Buna | ||||
AL899 | a/b Mapia naar Melbourne ; RAAF A28-7; afgeschreven juni 1944 te Milne Bay | ||||
AL907 | a/b Mapia naar Melbourne ; RAAF A28-8; staat in museum Point Cook in Australië | ||||
- | 40-077 | type A-20A, gebruikt NEI 18 squadron in Australië, tijdelijk en met Amerikaanse kenmerken; naar USAAF juni 1942 en daarna november 1943 RAAF 15ARD; gebruikt onderdelen april 1945. | |||
40-082 | type A-20A, gebruikt NEI 18 squadron in Australië, tijdelijk en met Amerikaanse kenmerken; naar USAAF juni 1942 | ||||
40-101 | type A-20A, gebruikt NEI 18 squadron in Australië, tijdelijk en met Amerikaanse kenmerken; naar USAAF juni 1942 | ||||
40-153 | type A-20A, gebruikt NEI 18 squadron in Australië, tijdelijk en met Amerikaanse kenmerken; naar USAAF juni 1942 | ||||
Bronnen o.a. [L2] Jonker, [W4] NedWeb , [W12] Heyman art.
Opmerkingen: kisten met nummers AL401, AL413, AL415 gingen terug naar de USAAF (en later naar Rusland!)
Deze inhoud werd voor het eerst opgesteld door M.de Vreeze en W.Jonker zomer 2004 (op de oude IPMS website)
4. MLD Douglas DB-7 / A20 (foto bijlage)
- 1312
Foto Selectie uit de Beeldbank NIMH van Defensie die voor plastic modelbouwers handig kunnen zijn. (gefaciliteerd en beschikbaar gesteld middels insluitlinkjes door het instituut NIMH) :
Een Douglas DB-7B Boston III (1942) bestemd ooit voor de MLD in Ned. Indië. De Japanners hebben uit de resten van door de Nederlanders vernielde "Boston's" (nog in assemblage) op de kade van Tjilatjap één weten samen te stellen (staartregistratie J-D-A-1). Foto: Beeldbank NIMH (linked with permission)
Een Douglas DB-7B Boston III (1942) aanvalsbommenwerper bestemd voor de MLD in Ned. Indië, doch in 1942 in gebruik genomen door de R.A.A.F tijdens de oorlog. Foto: Beeldbank NIMH (linked with permission)
Modelbouw Douglas DB-7 (Boston)
- 1845
MODELBOUW DB-7 / A-20
Modellen (type)
|
? nooit gezien
@ moeilijk te vinden
|
? never seen
@ hard to find
|
1/72
|
1/48
|
1/32
|
DB-7B / Boston III:
Special Hobby / MPM;
HighPlanes ;
Revell / Congost / Alanger;
Frog / NOVO / AirLines @;
Airfix / MPC ;
Matchbox / AMT
|
Italeri** / Revell ;
AMT/ERTL**
|
Combat models (vacu)
|
> beste aanbevolen model staat steeds eerst bovenaan; modellen achter elkaar genoemd zijn gebaseerd op dezelfde mal; (best kit listed first).
BOXART
Kleurenschema: (kijk in kleurentabel voor modelbouwkleuren) | |||||
Schema | Algemeen | Kleur boven- en zijkanten | Kleur onderzijde | Details | Opmerkingen |
(..) |
< K80 > dark green, < K120 > dark earth |
< K114 > duck egg blue |
standaard RAF camouflage schema met oranje driehoeken en zwarte KON.MARINE titels |
.
EXTRA MODELBOUW INFORMATIE (door Meindert de Vreeze):
De Bostons DB-7 bestemd voor Nederland hadden een glazen neus. Op schaal 1/72 zijn Highplanes kits 72055/ 72056 met glazen neus zijn o.a. daarvoor geschikt, alsmede bijvoorbeeld de 1/72 MPM kit #72559. De naar Indië verscheepte toestellen waren waarschijnlijk DB-7B of DB-7C die uiterlijk hetzelfde zijn (en vrijwel identiek als de RAF Boston mk.III en Amerikaanse A-20).
---------------
** Op schaal 1/48 zijn diverse kits van de A-20 door AMT/Ertl uitgebracht in de negentiger jaren. Iedere kit heeft zo'n 100 onderdelen in spuitgietplastic en bevat extra onderdelen voor de specifiek variant. De decals zijn nogal dik. Voor een Nederlandse DB-7B is de A-20B/C kit wellicht het beste uitgangsmodel. Deze is ook later in 2006 door Italeri kit #2656 her-uitgebracht. De passing is niet altijd goed, maar er zit wel een vleugelliggertje bij. Het interieur is netjes maar het bommenruim is wat vreemd uitgevoerd met een soort bommenframe. Het goed passend krijgen van de glazen neus vraagt wat werk. Wellicht is het beter aan iedere romphelft de helft van het glas werk te zetten en dan bij de samenlijmen van de romp eventuele kieren te vullen, het glas blijft dan netjes. Vergeet geen neusgewicht aan te brengen! Hier en daar is verder wel plamuur nodig alsook schuurwerk. De wielen met groeven zien er niet uit dus vervangen door aftermarket (True Detail set) of schuren en ook de onderstelbakken verdienen meer detail. Maar het model ziet er dan prima uit met de juiste afmetingen op deze schaal.
Tekening: Collectie M. de Vreeze (used with permission).
De inhoud werd voor het eerst opgesteld door M.de Vreeze zomer 2004 (op oude IPMS website)