aantal onderdelen: 86
prijs: ca. 25 Euro
De Renault 4CV is een ontwerp waaraan in 1938 is begonnen. Een bezoek van de ingenieurs aan de KDF fabrieken in Duitsland leverde genoeg inspiratie op om in Billancourt met eenzelfde soort van concept te komen. Achterwielaandrijving met motor achterin, ruimte voor bagage voorin, ruimte voor 4 personen en compacte afmetingen. Na de bezetting in juni ‘40 werd er doorgewerkt aan het ontwerp en de verschillende delen van de auto, zoals een nieuw vloeistof gekoeld motorblok. Net als bij de concurrerende Citroën 2CV werd dit grotendeels in het geheim gedaan, met prototypes die verstopt werden, vertragingen door gevechtshandelingen en andere zaken om het uitdagender te maken. Maar in 1946 kon het model gepresenteerd worden aan het grote publiek. In een periode van 14 jaar werden er 1,1 miljoen exemplaren van deze kleine 4CV gebouwd. In al die jaren zijn er weinig grote wijzigingen geweest, maar vooral op de details werd er regelmatig een wijziging uitgevoerd.
En wat kreeg je als koper voor je geld? In 1955 een vierzitter, met vloeistof gekoelde 4 cilinder lijnmotor met een inhoud van 857 cc. Twee ruitenwissers voor. Tochtraampjes voor ventilatie. Omlaag te draaien ramen voor, schuifraampjes achter als airco. Kacheltje, hier en daar een streepje chroom, reservewiel in de kofferbak voor als voorloper van de airbag. Geen hydraulische ondersteuning zoals rem- of stuurbekrachtiging, geen elektronische hulpjes als achterruitverwarming, parkeersensoren, cruisecontrole of xenon verlichting.
Heller heeft het model weer uitgebracht in 1/24. In een mooie doos met opklapbaar deksel, zoals bijvoorbeeld Frog het in de jaren 70 ook had. Het model zelf stamt uit 1977. De grote doos oogt een beetje leeg door de compacte afmetingen. Er is ook een variant in politie uitvoering verschenen en voor de Le Mans bouwers, ja ook dit kleine ding heeft aan lange afstandsraces en rally’s deelgenomen. Met succes.
Bij het openen van de doos vind je daarin een beschrijving, een velletje met decals, een zakje met verchroomde onderdelen, een zakje met doorzichtige delen, een gietraam voor de kleine onderdelen in wit, een gietboompje voor motorkap en kofferklep en een losse carrosserie. Alles in wit plastic.
Gezien de leeftijd van het model en de mallen, is het niet verbazingwekkend dat er sprake is van flinke gietnaden en wat flash. De meeste onderdelen hebben wel wat aandacht nodig, op dat vlak. Ook de carrosserie ontkomt hier niet aan, vooral de voorkant heeft er veel last van. Langs het dak heb je een regengoot waarop je snel een gietnaad wegwerkt, maar de voor- en achterkant vragen wat meer aandacht.
De passing van de onderdelen is gezien de leeftijd prima. De bouwbeschrijving is ook een verbetering ten opzichte van het origineel. Schilderaanwijzingen met Humbrol kleuren, al zitten hier ook wat mengkleurtjes in. Voor de buitenkant zijn er twee kleurvarianten, voor het interieur maar één. Maar aangezien het hier een auto betreft, kun je natuurlijk meerdere kanten op. Een kwestie van kijken wat er te koop is geweest, welke varianten er geweest zijn.
In 18 stappen wordt de bouw uiteengezet. Stap 1 geeft je gelijk al een optie voor extra detaillering, namelijk hoe je de bougiekabels kunt maken en plaatsen. Al zou mijn voorkeur hier wel uitgaan naar het voorboren van de gaatjes met een 0,3 mm boortje. Daarmee kun je goed ruimte maken om de kabeltjes er in te steken. Overigens, het is ook de enige extra detailtip die je van Heller krijgt. Tikje karig.
Stap 9 en 10 laten zien hoe oud het model is. De draaipunten moeten weer met de verhitte platte schroevendraaier platgedrukt worden. Dat kan ook anders. Op zoek naar passende ringetjes om dit probleem anders op te lossen, kwam ik van Evergreen wat plastic holle buis tegen. En met de juiste diameter. Dus daar maar kleine plakjes van afgesneden en die gebruikt om de draaiende onderdelen vast te zetten. De grote spatlappen in stap 10 heb ik maar weggelaten.
In stap 14 zie je de kleuraanwijzing voor de binnenkant bijna over het hoofd. Wel goed om die wel aan te houden, omdat de binnenkant bestaat uit de beide zijkanten, waarvan alleen de bestuurder een simpele vorm van deurbekleding heeft. De rest van het meereizende publiek kon min of meer tegen het plaatwerk van de portieren aankijken, zo lijkt het.
Daar waar de spiegel, bumper en andere kleinere delen met een pen en gat verbinding aan elkaar gelijmd moeten worden, is het verstandig om de gaatjes met een 1 mm boortje wat uit te boren. Hierdoor past alles net even beter en krijgt de lijm ook wat meer houvast.
De laatste twee bouwstappen gaan over de carrosseriekleuren en het aanbrengen van de decals. Helaas, de Renault logo’s voor op de kofferdeksel en de motorkap ontbreken. Geen idee waarom Heller deze kans heeft laten liggen, al kan dat ook liggen aan licentieverplichtingen waar Heller niet (meer) aan mee wil betalen. Dat er hiermee een goed detail verloren gaat is duidelijk.
Conclusie:
Ondanks de leeftijd van de mallen, is dit een prima modelletje. Charmant, goed passend en met ruimte voor extra details. Leuk dat dit model nu weer verkrijgbaar is, als alternatief voor de Kever of juist naast de Kever.
Met dank aan Glow2be en de IPMS Nederland voor het beschikbaar stellen van het model.
Reviewer: Peter Neinhuis
Bijgaand ook de foto's van het gebouwde model:
dit artikel werd op de IPMS.NL website gepubliceerd 25 april 2022