MERK: Heller
SCHAAL: 1/72
AANTAL ONDERDELEN: 48
PRIJS: 10,95 Euro
Korte geschiedenis
De PZL P-23 Karas was een Poolse lichte bommenwerper en verkenningsvliegtuig. In 1932 werd aan de ontwikkeling begonnen in opdracht van de Luchtvaartafdeling van het Poolse Ministerie van Oorlog. De eerste vlucht werd gemaakt in 1934. Daarbij werd onder andere snel duidelijk dat het uitzicht voor de vlieger ondermaats was. Daarom werd de motor 10 cm verlaagd en de stoel van de vlieger verhoogd. De verticale bommen in het inwendige bommenruim werkten ook niet naar behoren, dus werden ze vervolgens horizontaal onder de vleugel tussen de poten van het hoofdonderstel opgehangen. In plaats van het bommenruim kwam er in de romp plaats voor een waarnemer. Naast andere modificaties voldeed het derde prototype aan de wensen en ging de Karas in 1935 in productie. De eerste 40 toestellen, later PZL.23 A genoemd, kregen een Pegaz II M2 motor, een licentiebouw van de Bristol Pegasus met een vermogen van 670 pk. Met die motor bleek de maximum vlieghoogte beperkt, dus werd al gauw beloten een sterkere motor in te bouwen. Dat werd de Pegaz 8 met 720 pk. De maximum vlieghoogte werd gelijk een stuk hoger, terwijl de maximumsnelheid niet noemwenswaardig toenam. Daarnaast kregen de hoogteroeren extra balansvlakjes aan de buitenkant van het stabilo, werden de slats op de vleugelwortel weggelaten en werd er in de romp aan de linkerzijkant voor de cockpit een tweede mitrailleur ingebouwd. Met deze modificaties werden de resterende 160 bestelde toestellen gebouwd als PZL.23 B.
Tijdens de Duitse invasie in Polen in 1939 was de Karas de meest talrijke verkenner/bommenwerper van de Poolse luchtmacht. Zoals zoveel vergelijkbare vliegtuigen was de Karas geen partij voor eenmotorige jagers als de Messerschmidt Bf109. Er gingen er dan ook een hoop verloren. In september 1939 werden 21 Karas A en B toestellen door Polen naar Roemenië gevlogen. Aldaar werden ze gereviseerd, waarna er 19 bruikbare vliegtuigen overbleven. Ze zijn de hele Tweede Wereldoorlog door gebruikt. Aan het einde daarvan waren er nog een paar over en die gingen in 1946 uit dienst. Er is geen één Karas bewaard gebleven.
Het model
Eind jaren zeventig-begin jaren tachtig was Heller een van de topmerken op bouwdoosgebied. Ze brachten ook modellen uit van minder bekende vliegtuigen. Zo was in 1977 de Poolse PZL.11 jager uitgebracht. In 1979 kreeg de PZL.11 gezelschap van de PZL.23, dat staat keurig achterop de handige gele klapdoos. En de matrijzen zijn in 2021 gereviseerd, dat staat ook achterop. Dit jaar werd het model opnieuw uitgebracht. Op het deksel staat hetzelfde schilderij als mijn doos uit de stapel, de vorige heruitgave uit 1993. Tussendoor is het model ook uitgebracht door Smer en Mistercraft.
In de doos zitten 4 lichtgrijze gietramen los verpakt en de doorzichtige onderdelen in een plastic zakje, daarnaast de bouwbeschrijving in kleur en de decals. Het gietwerk is netjes, dus dat de matrijzen opgeknapt zijn wil ik best geloven. Er is alleen wat flash te vinden bij de wortels van de bovenste vleugelhelften en hier en daar op de romphelften. Het glaswerk is mooi helder.
De onderdelen bevatten mooie fijne opliggende paneellijnen, dat was de gangbare techniek in 1979. In de romp zit een simpel interieur, voor z’n tijd behoorlijk goed. Er zitten spanten en verstijvers aan de binnenkant van de romphelften. Het is lang niet zo gedetailleerd als de moderne IBG kit, maar daardoor wel makkelijker te bouwen, ook voor minder ervaren bouwers. Een paar veiligheidsgordels van bv. plakband doen al wonderen. Het model heb ik op de tekeningen in het Poolse Mushroom boekje over de Karas gelegd. De vormen komen goed overeen, dus blijkbaar beschikte Heller destijds over goede documentatie. Er zitten geen bommen en bijbehorende ophangpunten bij het model, dus uit de doos bouw je de verkenner.
Afgaande op mijn oude ongebouwde model lijkt de passing van de onderdelen behoorlijk goed, op voorwaarde dat netjes en methodisch wordt gewerkt. Zo kan de romp het beste in segmenten worden gelijmd, zodat de delen goed aansluitend gelijmd kunnen worden. Ook noodzakelijk, want er zijn maar 2 kleine paspennetjes. Dankzij het vele glaswerk dat pas later wordt aangebracht is dit goed te doen. De vleugelhelften bevatten helemaal geen paspennen, dus opletten geblazen. Bij mijn model op de stapel waren ze al vastgelijmd, een klein beetje verschoven. Dat moet ik nu dus gaan opknappen.
De duidelijke bouwbeschrijving is nu in kleur, maar de kleuraanwijzingen zijn niet geactualiseerd. Dat voor het interieur aluminium wordt aangegeven is begrijpelijk. De foto’s die ervan bestaan tonen een aluminiumkleurig interieur. In de afgelopen jaren is er in Polen veel research geweest inzake de Poolse interieur- en exterieurkleuren. Zie de discussie op https://ww2aircraft.net/forum/threads/pzl-23a-karas-ibg-1-72.46892/
Bij de Karas blijkt het zo te zijn dat de prototypes een aluminiumkleurig interieur hadden en de PZL.23A mogelijk een blauwgrijs interieur, vergelijkbaar met die van de onderkant maar dan wat grijzer. Anderzijds was er ook een verplichting dat het interieur van Poolse vliegtuigen met veel glaswerk dezelfde kleur kreeg als de buitenkant. Dat was voor de PZL.37A het zogenaamde vroege Poolse Khaki. Dus zeg het maar. Er is ook nog een verbeterde verf op de PZL.37A gebruikt, het zogenaamde "midden Pools khaki". Dat een groenere kleur. Op de PZL.23B werd het "late Poolse khaki" gebruikt voor binnen – en buitenkant. Dat is een bruine kleur. Het vroege- en late Poolse khaki zitten, samen met het blauw-grijs voor de onderkant in de Polish Air Force paint set van Hataka (HTK-AS01, of HTK-BS01, of HTK-CS01, afhankelijk van het type verf).
Zo komen we ook op de mogelijke kleurenschema’s uit. De te bouwen varianten zijn niet veranderd: een Roemeense PZL.23A en een Poolse PZL.23B. Die laatste is dus in laat Pools khaki uitgevoerd. De gesuggereerde kleur Heller (of Humbrol) 86 is te groen en komt meer in de richting van vroeg of midden Pools khaki. En H65 voor de onderkant is wat te blauw. Deze kleur is wel weer goed voor de Roemeense versie. Wederom volgens dezelfde bron als boven werden de Roemeense kisten in 1940 overgespoten toen ze in plaats van de roundels de kruizen kregen, zoals ze bij de decals zitten. Khaki werd olijfgroen, gesuggereerd wordt FS34079 (Humbrol 116 volgens een conversietabel). Er is wel een fout geslopen in de bouwbeschrijving en de kleurenschema’s, die in de oude uitgaven wel goed was. De twee mogelijke horizontale staartvlakken zijn verwisseld: onderdelen 9 en 10, de staartvlakken met het balansvlak aan de tip van het hoogteroer zijn voor optie b (PZL.23B) en de onderdelen 11 en 12, de staartvlakken zonder balansvlakken zijn voor optie a (PZL.23A).
De decals zijn keurig gedrukt. Of ze er ook mooi opgaan, ga ik zien bij de bouw. M’n oude kit wordt de Roemeen en deze wordt de Pool. Een bouwverslag komt t.z.t. in de MIP.
Leuk dat dit model er weer is, een aanrader.
Met dank aan de IPMS voor het recenciemodel.
REVIEWER: Peter Booij
dit artikel werd gepubliceerd 15 november 2024 door de IPMS.NL webmaster