De Harrier is ontwikkeld door de Engelse Hawker fabriek in de zestiger jaren als een vliegtuig met een uniek concept met zijn verticale start- en landingseigenschappen, de zgn V/STOL. In de loop der jaren zijn er zeer vele versies van dit vliegtuig ontwikkeld. Ook werd het toestel in licentie gebouwd door McDonnell Douglas en kwamen er door ontwikkelde versies die veel zwaarder, groter en beter werden. De Hawker fabriek is over gegaan in British Aerospace (BAe).
In deze IPMS special wordt ingegaan op modelbouw aspekten, kits en conversies. Kleurenschema's worden niet heel erg gedetailleerd behandeld omdat deze over het algemeen redelijk zijn aangegeven bij de kits, terwijl er erg veel variaties zijn.
Het artikel bestaat uit twee grote delen: Deel één behandelt de eerste generatie Harrier, AV-8A en Sea Harrier vanaf het allereerste begin, terwijl deel twee zal gaan over de tweede generatie, de grotere, doorontwikkelde AV-8B / Harrier II familie.
- We bekijken ook de diverse bouwdozen van de eerste en de tweede AV-8B generatie...
Artikel van Meindert de Vreeze en Bas Damen (C) Copyright IPMS Nederland.
Historie Hawker Harrier
De ontwikkeling van de Harrier begon met het britse Hawker P1127, welke vloog in 1960. De P1127 was een licht prototype, met een eenvoudige vleugel, om vooral het motorconcept en de stabiliteit te testen.
De motor, de Rolls Royce Pegasus, is uniek van concept door vier draaibare uitlaten, en de vele aftakkingen naar uitlaatjes (JCV: Jet Control Valve) op diverse plaatsen voor de bestuurbaarheid. Er zijn zeer veel versies van deze motor ontwikkeld. Aan de vleugeltips zitten intrekbare stijlen met hulpwieltjes. Tijdens de tests kwamen er allerlei modificaties, zoals een nieuw stabilo met v-stand en een gemodificeerde vleugel. De volgende stap was de Kestrel FGA1 in 1963. Deze kreeg een grotere langere romp, een geheel nieuwe vleugel met pijlhoek, groter staartvlak, en de motoruitlaten kregen een andere positie. Verder werden allerlei details gewijzigd. Ook het stabilo werd vergroot, en er kwam een knik in de voorrand. Op de motor inlaat kwamen rubberen opblaasbalgen, welke later overbodig werden door een langere inlaat en aparte blow-in/suction doors.
Tekening [1] toont de eerste varianten.
In 1967 werden er totaal 78 Harriers GR1 besteld voor de engelse Royal Air Force (RAF). Dit waren de eerste operationele Harriers welke vanaf 1969 geleverd werden aan de Royal Air Force (RAF). Het was midden in de Koude oorlog. De Pegasus Mk 101 motor had een stuwkracht van 19000 lb, en in 1971 kwam de Mk 102 beschikbaar met een stuwkracht van 20500 lb. De Harriers met deze verbeterde motor werden aangeduid met Harrier GR1A en zijn uiterlijk identiek aan de GR1. De GR3 kreeg de Pegasus Mk 103, en was in eerste instantie uiterlijk identiek van de GR1. De GR1/A werden later ook voorzien van deze sterkere motor.
Tekening [2] van de GR1 toont ook de algemene details voor de meeste Harrier varianten. De schietstoel was in eerste instantie de Martin Baker Mk9. De GR1 versie werd door de RAF gebruikt van 1969 tot 1975.
Er was ook behoefte aan een trainer versie van de Harrier. Uit de GR1 werd de T2 tweezitter ontwikkeld, welke in 1969 vloog, en deze verschilt ook uiterlijk flink van de gewone Harrier. De romp werd bij de cockpit met 47 inch verlengd en de tweede schietstoel werd 11 inch hoger gezet. De cockpitkap bestaat uit drie delen: het voorste scherm, en twee rechts scharnierende kappen. Tussen de twee stoelen zit intern nog een doorzichtig scherm ter bescherming van de achterste vlieger. De romp werd bij de staart 33 inch verlengd en het staartvlak 11 inch hoger door de basis te verhogen. De vin ('ventral fin') onder de staart werd geheel veranderd. In de praktijk was de staart te klein en werd vanaf het elfde toestel nog eens 18 inch hoger. Deze verbetering werd ook op de eerdere T2 varianten aangebracht. Ook de T2 kreeg later de sterkere Pegasus Mk 102, en werd de T2A. Om de gevechts capaciteiten van de Harrier te vergroten, werden in 1975 een laserneus, een RWR (radar warning receiver) in de voorrand van het vertikale staartvlak (hierdoor werd het staartvlak 20 cm hoger) en een RWR in het puntje van de romp aangebracht. In totaal werden er 50 GR1 en GR1A toestellen omgebouwd tot de GR3 versie en werden er 36 nieuw gekocht. Tijdens de Falkland oorlog in 1982 werden ook een aantal RAF Harrier GR3's met chaff dispensers onder de staart en een waarnemingspod tussen de gunpods uitgerust. Ook werd een I-band antenne geplaatst onder de laserneus. Met de komst van de GR3 kregen ook een aantal T2's de laserneus en RWR en kregen de aanduiding T4. De motor werd de Pegasus Mk 103. De GR3 vloog van 1973 tot 1994 bij de RAF.
Tekening [4] toont de diverse variaties, en tekening [5] het boven- en onderaanzicht.
Naast de RAF, kreeg ook de britse Royal Navy belangstelling voor de Harrier. Want vooral door zijn verticale start- en landings eigenschappen was de Harrier ook geschikt voor operaties van oorlogsschepen zonder groot vliegdek. Deze variant werd de Sea Harrier genoemd en de eerste mark Sea Harrier FRS1 vloog in 1978 voor het eerst, en werd ontwikkeld uit de gewone Harrier GR3. Er werd het e.e.a aangepast zoals een andere neussectie met een hoger geplaatste Martin Baker Mk 10 schietstoel en er werd een Blue Fox radar geinstalleerd in een puntige neus. (De eerdere Harriers hadden geen radar). De pitot werd wat hoger op de neus geplaatst, en de neuscamera ging van de linker naar de rechterkant. Ook werd de FRS1 geschikt gemaakt voor Sidewinder raketten, in eerste instantie een aan elke buitenste pylon. De Sea Harrier bewees zijn rol in het Falkland conflict met Argentinie. Zo werden er twee Sidewinders per pylon mogelijk.
Na de ervaringen van de Falkland oorlog kreeg de Royal Navy grote behoefte aan een Sea Harrier met een groter radarbereik en de mogelijkheid om AMRAAM raketten af te vuren. Uit de FRS1 werd de FRS2 ontwikkeld met een Blue Fixen radar, tegenwoordig FA2 genaamd. De motor is de Pegasus Mk 106, een marine versie van de Mk 105 die in de Harrier II GR5 is ingebouwd. Voorlopig worden er 33 FRS1 toestellen naar de FA2 standaard omgebouwd terwijl er 15 nieuwe zijn besteld. Door de grotere radar is de neus niet spits meer, maar concaaf. De romp werd net achter de vleugel verlengd met een tussenstuk van 13 3/4 inch, zichtbaar als een echte dubbele knik. De pitot ging naar de staart voorrand. Op het eerste prototype van de FRS2 zit de pitot echter nog op de neus. De vleugel kreeg een iets grotere spanwijdte door nieuwe tips, de zaagtand aan de voorrand verdween, de tweede vortex generator van de 12 werd verwijderd en op die plaats werd een extra vertikaal schotje aangebracht. Ook zijn er twee extra uitlaatjes onder beide horizontale stabilo's gekomen. Verder is er een bultje op de voorste rechter uitlaat contour gekomen. Als laatste zijn bij de FA2 de twee kleine antennes net achter de cockpitkap vervangen door een antenne. De Sea Harrier FRS1 vloog tot 1995 bij de Fleet Air Arm en de opvolger FA2 tot 2006.
Tekening [6] toont de Navy SEA HARRIER versies, en tekening [7] het boven- en onderaanzicht.
De Navy trainer is een doorontwikkeling van de RAF trainer, de T4 geintroduceerd in 1973, en wordt aangeduid met T4N. Deze verschilt uiterlijk van de T4 door afwezigheid van de laserneus, maar heeft wel de RWR aan het uiteinde van de romp en de staart voorrand. Met de FA2 komen er nieuwe T8 trainers met de avionica (behalve de radar) van de FA2. De T4N vloog van 1985 tot 1997 bij de FAA.
Buitenlandse belangstelling
De Verenigde Staten (USA) had ook interesse in de Harrier gekregen. De Harrier GR3 (nog zonder laserneus en RWR in de staart) met de Pegasus Mk 103 werd de Amerikaanse AV8A (engelse aanduiding Harrier Mk50). Het grootste uiterlijke verschil was de lange VHF antenne op de romp ter hoogte van de vleugel. Zelfs de RAF Aden gunpods werden overgenomen. Er werden er door de Amerikanen 102 gekocht voor het US Marines Corps met de introductie in 1971. De schietstoel op de eerste 90 toestellen was de Martin Baker Mk9, later werd dit de Amerikaanse Stencel II schietstoel. In 1976 werden de toestellen voorzien van formatie lichten, en in 1978 van low visibility markeringen. De AV-8A ging 1986 uit dienst bij de USMC.
De AV8C werd een variant van de AV8A vanaf 1983 met enkele verbeteringen (van de op dat moment in ontwikkeling zijnde tweede generatie AV8B Harrier II). Zo werden de grote strakes onder op de romp, die op de normale Harrier niet zo hoog zijn, van de AV8B overgenomen. Ook op de Aden gunpods kwamen strakes. Ook werd de "damwand" overgenomen. Dit is een schot tussen de strakes dat naar achteren en beneden uitklapt, tijdens start en landing, net achter de neuspoot. Ook werd er aan het uiteinde van de romp en aan de vleugeltips RWR apparatuur geinstalleerd. Verder werd de camera (aan de linkerkant in de neus) verwijderd. De AV8C werd operationeel in 1982. Er werden zo'n 47 AV8A toestellen verbouwd tot AV8C, maar dit gebeurde vaak in diverse fases. In 1987 werden ze vervangen door de tweede generatie AV-8B , de zgn Harrier II genoemd.
Tekening [3] toont deze versies.
De TAV8A trainer (Harrier Mk54) was de Amerikaanse versie van de RAF T4 (zonder laserneus en RWR in de staart) met ook de Pegasus Mk 103 motor. Acht stuks werden tegelijk met de eerste AV8A besteld.
Spanje heeft in 1976 ook Harriers in twee batches van totaal 11 eenzitters en 2 tweezitters gekocht, te weten de AV8A(S) (Harrier Mk55) en TAV8A(S) (Harrier Mk56). Ze werden de "Matador" AV(E).1 genoemd. Levering ging gedeeltelijk via Amerika in Franco's tijd en later direct vanuit Engeland. De kisten lijken precies op de Amerikaanse AV8A en vliegen bij het Spaanse 8 Escadrille aan boord van de schepen "Dedalo" zonder skijump (tot 1989) en "Principe de Asturias" met skijump (vanaf 1989). Het enige uiterlijke verschil bij aflevering met de AV8A was een tweede antenne op de romp voor de grote UHF antenne. Later werden tijdens een modificatie bij alle eenzitters de formatielichten gemonteerd, net als de Amerikaanse Harriers, en er werd een RWR geplaatst in de voorrand van de staart (maar niet in het uiteinde van de romp).
Spanje verkocht de AV-8A(S) toestellen naar Thailand in 1996 voor gebruik op hun HTMS Chakri Naruebet. Ze hadden echter logistieke problemen en de toestellen werden waarschijnlijk in 2006 uit dienst gesteld.
India heeft ook Sea Harriers gekocht, en wel 6 Sea Harrier (FRS Mk51) eenzitters en 2 tweezitters (Harrier T Mk60) in de eerste batch en 10 eenzitters en 2 tweezitters in de tweede batch. Ze vlogen vanaf 1983 alle bij 300 sqn van de Indiase marine tot zeker 2011.
De tweede generatie Harriers, de AV-8B familie, behandelen we in deel twee hier....
Overzicht gebruikers Harrier (eerste generatie)
- Verenigd Koninkrijk, Royal Air Force (RAF) o.a. Sqns 1, 3, 4, 20, 233 OCU, 1417 Flight (in Belize, voormalig Brits Honduras), 1453 Flight (Falklands). (GR.1, GR.1A, GR.3, T.2, T.2A, T.4)
- Verenigd Koninkrijk, Royal Navy Fleet Air Arm o.a. squadrons 700A, 800, 801, 809, 899 (FRS.1, F/A.2, T.4N en T.8)
- Verenigde Staten, US Marine Corps o.a. squadrons VMA-231, 513, 542 (AV8A) VMAT-206 (TAV8A)
- Spanje, Armada 008 sqn AV8A(S) en TAV8A(S)
- India, Navy 300 sqn FRS 51 en T 60
- Thailand, AV-8S (overgenomen van Spanje)
De eerste generatie Harrier is inmiddels uit dienst gesteld bij de RAF en het USMC. Waarschijnlijk gebruikt alleen India nog Sea Harriers maar het zijn inmiddels oude beestjes....
Harrier T4N ZB604
Literatuur Harrier
- World Air Power Journal volume 6 summer 1991.
- Harrier in action. squadron Signal publication nr 58.
- Modern Combat Aircraft nr 13. Harrier.
- Osprey series. Harrier.
- Detail en Scale nr 28. AV8 Harrier. AV8A en AV8B.
- Profile Publications. The Hawker P1127 and Kestrel.
- Aircraft Illustrated Special. The Harrier.
- Aeroguide no 3 Sea Harrier FRS1.
- Air Extra 24 RAF Harrier (Historie tot GR5)
- Air International vol 46 no 4 (FA2)
De volgende publicaties gaan over het bouwen van de kits. Als er geen 1:72 of 1:48 bijstaat, zijn het algemene artikelen:
Scale Models mei 83 (FRS1), okt 86 (1:72 T4N), maart 90 (1:72 FRS1 Matchbox en Hasegawa), juli 90 (FRS1), mei 94 (899 sqn 50 jaar met Sea Harrier speciaal schema).
Scale aircraft modeling vol 13 nr 4 jan 1991 Airfix en Tamiya 1:48 Sea Harriers FRS1 vergeleken, vol 14 nr 3 dec 1991 review Airfix GR5 etc, vol 15 nr 1 okt 1992 hoe een goede T4 of T2 te maken uit de Bobcat Harrier samen met de Esci AV8A kit.
Natuurlijk is er ook op Internet veel te vinden over de Harrier, o.a :
http://en.wikipedia.org/wiki/Hawker_Siddeley_Harrier
Harrier SIG IPMS UK: http://www.harriersig.org.uk/
HARRIER DETAILS? KIJK BIJ DE
IPMS P1127 en Kestrel Walk Arounds
Modellen
Er zijn heel veel plastic modellen in diverse schalen van de Harrier.
Kijk hier voor een groot overzicht....
Deze webpagina werd voor het eerst gepubliceerd op de website in april 2012