Regioavond Zuid-Holland februari 2017
Wellicht aangelokt door de parkeeramnestie van de gemeente Rijswijk was het weer een volle bak, zowel met mensen als modellen. Rogier trakteerde op (eetbare) kano's vanwege zijn verjaardag. Tellen was in de drukte lastig, maar ik houd het op 34 man en 1 vrouw.
Qua modellen was er veel verscheidenheid. Om te beginnen de groep 'in aanbouw': een VFW VAK-191B en een Fokker F.VIIa van Rob Hamann. Aan het andere eind van de tafel een paar diorama's: één van een stukje Stalingrad voordat het ging sneeuwen, een landelijk tafereeltje met een oude tractor en een klein stukje garage met een Citroen DS in onderhoud. Ook in die hoek drie Nederlands fregatten, te weten de Tromp, de Karel Doorman en de Zeven Provinciën. Om verder te gaan met de niet-vliegtuigen: twee motorfietsen (een Harley en een Ace), een echte stoomlocomotief als klasse apart, drie rupsvoertuigen (een Sheridan, een T34 en een SU-122) en een Jeep (de echte uit de oorlog).
Ten slotte de vliegtuigen. De grootste schaal was dit keer 1:48, maar wel rijkelijk vertegenwoordigd: een F-84F Sabre in demo-uitvoering, een Nakajima Gekko, een Maryland, een autogiro, een Ryan STM (KNIL), een Spitfire (NL) en een MC-72 watervliegtuig uit de tijd van de Schneider Trophy. 1:72 was uiteraard ook present met een Avro Manchester (een zeldzame verschijning), een Ju 52 met Nederlandse outfit, een Saab Safir, een Pete, een Super Etendard en een T-34 Mentor. Een eenzame MiG-21 MF in schaal 1:144 maakt de opsomming compleet, tenzij ik iets vergeten ben.
Frits Krieg vertelde over zijn carrière als modelbouwer geïllustreerd met soms oude beelden. Rob de Bie presenteerde vervolgens de vele door leden aangedragen ideeën voor de volgende ESM. Er volgen nu voorverkiezingen waarna als nog de definitieve keus democratisch gemaakt wordt.
Dick Boogaard
Opmerking: de IPMS website laat de foto's verkleind zien. Als je de pagina vergroot tot 130% zie je de foto's in volle resolutie. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de toetscombinatie Ctrl en +
Leo Ripken had een Macchi-Castoldi MC 72 van Smer in 1/48 meegenomen. Het model stelt het experimentele vliegtuig voor dat in 1933 een wereldsnelheidsrecord neerzette van 709 km/u. Dat record hield vijf jaar stand als algemeen snelheidsrecord, en als snelheidsrecord voor watervliegtuigen staat het nog steeds. Deze kit was een behoorlijke uitdaging met de vele vleugel- en drijversteunen en het afplakken van de verschillende kleuren op de vleugels en drijvers. De koperkleurige delen zijn radiatoren: het toestel maakte gebruik van oppervlaktekoeling, een techniek die nooit een succes is geworden.
Dick Boogaard had drie modellen meengenomen, maar twee waren voor een geheim ESM-project en kunnen zodoende niet getoond worden. Over blijft zijn Hasegawa 1/72 Beech T-34A in de kleuren van de Japanse luchtmacht.
Rob Hamann was bezig om een AZ Models 1/144 Fokker F.VIIA te bouwen als PH-EHE, een ex-KLM kist die in 1936 door het Engelse 'League of Nations Union' werd overgenomen om er humanitaire vluchten mee uit te voeren in Ethiopië, dat op dat moment in oorlog was met Italië. Daarna werd het toestel beschikbaar gesteld aan de Spaanse Republiek, maar een noodlanding in Frankrijk maakte een voortijdig einde aan deze plannen. Verder was Rob druk bezig de Anigrand 1/72 VFW-Fokker VAK-191B af te maken. De voor- en achterkant waren al metaalkleurig geschilderd.
Rob de Bie had zijn Italeri 1/72 Super Etendard meer dan tien jaar geleden gebouwd. Het model is voorzien van zelfgebouwde inlaatdoppen, trapje en sleepstang. Het vliegdek is ook uit eigen productie, met schuurpapier om de ruwe anti-slip coating van het dek te simuleren, en meer dan vijftig 'tie down points' gemaakt van stretched sprue.
Michael van Roosmalen bouwt merendeels 1/144 modellen, en deze Eduard 1/144 MiG-21MF had hij gekozen om eens een modern en makkelijk te bouwen model te doen. En dat was erg goed bevallen, het was een prima modelletje om te bouwen. Het model is gespoten in de kleuren van de Oostduitse luchtmacht op de vliegbasis Holzdorf.
Rody Verkruissen liet zijn 1/72 Avro Manchester zien. Als vliegtuig een flop, maar als model interessant en niet vaak te zien. Het is een combinatie van een Airfix Lancaster romp met Contrail vacform vleugels en staartvlakken. Hij had die vacformdelen een tijdje geleden bij een open dag van de luchtmacht gekocht. De Airfix vleugels gaat Rody gebruiken voor een andere combinatie met een vacform. Daarnaast had hij de Italeri 1/72 Ju-52/3m met behulp van Flevodecals gebouwd als toestel van de Rijksluchtvaartschool.
Zo zoon, zo vader: Frans Verkruissen toonde een Heller 1/72 Saab Safir die hij deels met de hand geschilderd als kist van de Rijksluchtvaartschool had gebouwd.
Jaap de Vries had de Hasegawa 1/48 F-86E(M) Sabre, of eigenlijk Canadair CL-13 Sabre Mk.5 (ex RAF), gebouwd in de kleuren van het roemruchte 'Frecce Tricolori'. In dit aanzicht is de onderkant van de vleugels niet te zien, die groen-wit-rood zijn geschilderd.
Leo Ripken had ook de Williams Brothers 1/48 Pitcairn PCA-2 Autogiro meegenomen, in het kleurenschema waarmee het in 1931 een tour door de VS maakte om Champion bougies te promoten. 51 jaar later werd hetzelfde toestel gerestaureerd en opnieuw gevlogen, door de zoon van ontwerper Harold Pitcairn.
Frits Krieg had een Tamiya 1/48 Nakajima J1N Gekko meegenomen, een nachtjager met drie stuks schuin omhoog geplaatst geschut in de rug. De Tamiya kit liet zich makkelijk bouwen, alles paste prima. Ook had Frits een Special Hobby 1/48 Martin Maryland meegenomen. Hij heeft de kit recht uit de doos gebouwd. De montage van de vleugels aan de romp is bij Special Hobby kits iets om op te letten omdat er geen tabs en sleuven zijn. Toen de kit klaar was kwam Frits er achter dat hij de antennemast en de ronde zoekantenne omgewisseld had. Hij heeft beide kits nog met de hand geschilderd, maar was voornemens om dit jaar te starten met airbrushen van de modellen.
Patrick Verschut had een Mitsubishi F1M2 Pete meegenomen, een oude kit uit de jaren zestig van Hasegawa in de wat afwijkende 1/75 schaal. Hij had het model jaren geleden in gebouwde vorm van iemand gekregen. Een nieuw model was niet makkelijk te vinden, dus hij heeft de kit uit elkaar gehaald, schoongemaakt en weer in elkaar gezet. Patrick heeft een nieuwe motor toegevoegd en een beetje cockpitinterieur aangebracht. De steunen voor de vleugels en de hulpdrijvers waren niet repareerbaar, dus die moesten nieuw gemaakt worden. De restauratie van het cockpitglaswerk was het lastigste deel van de restauratie. Om de blauwe waas in het Japanse navy-groen te krijgen heeft hij 1 deel Revell donkerblauw aan 3 delen Humbrolgroen toegevoegd.
Luuk Boerman had twee modellen met zijn Dutch Decals gebouwd. De Eduard 1/48 Spitfire IX met registratie H-53 vloog bij 322 squadron op vliegveld Kalibanteng in Nederlands-Indië, met een opvallende camouflage met slechts één kleur op de bovenkant. De Fisher Model & Pattern 1/32 Ryan STM ziet er in eerste instantie uit als een standaard KNIL toestel, maar het heeft een 5-cilinder Kinner R-440 stermotor. Nederland had eerst 50 stuks STM-2 met lijnmotor voor het KNIL besteld, die ook geleverd zijn. Later volgde een bestelling voor 25 stuks met stermotor, maar die kwamen te laat en zijn naar de USAAF gegaan. Luuk heeft voor zijn model een serienummer gekozen dat volgt op de laatste STM-2, en zo is het de R-070 geworden.
Johan Bijl was bezig met twee Tamiya 1/48 tanks: de Su-122 en de T34-76. Beide waren dus 'work in progress' maar dat is altijd leerzaam om te bekijken qua bouw- en schildertechnieken. Samen met Johan Vester was hij een Tamiya 1/35 M551 Sheridan aan het (her-) bouwen. De officiële klassificatie van de Sheridan is 'Armored Reconnaissance/Airborne Assault Vehicle'.
Jan Edelenbos toonde een Tamiya 1/35 Jeep met ontspannen bemanning, en een 1/35 Stalingrad diorama waarin Soviet soldaten een stilgevallen Duitse Sd.Kfz. 250 passeren. De motorkap staat open om het kapotte karakter van het voertuig te laten zien. Bij de reclamezuil waren te weinig stickers meegeleverd, maar die kon Jan uit zijn reservedoos aanvullen.
Kees Onderwater is nog steeds druk met 1/35 treinen te bouwen, en liet nu een Trumpeter BR86 zien, geschilderd in klassiek zwart met rode wielen en chassis.
Frans Verkruissen liet voor de verandering eens twee motorfietsen zien: de Entex 1/16 Ace uit 1924 met viercilinder-in-lijn en de Entex 1/16 Harley Davidson uit 1918 met (natuurlijk) een V-2 motor. De modellen zijn in 1975 uitgegeven door het Amerikaanse Entex, de mallen zijn oorspronkelijk van Aoshima.
Annamarie Jongbloed had een diorama gebouwd naar het voorbeeld van haar eigen erf en schuur. Het diorama was voorzien van de splinternieuwe 1/24 Heller Ferguson FE tractor. De Ferguson had ze tot een roestig model omgetoverd. Het was ook goed om het diorama aan de achterzijde te bekijken, want de schuur heeft ook aan die kant nog een inhoud en laat zelfs nog een geit zien. De boer heeft ze van een ander model omgebouwd. Het smeedijzeren raamwerk in de zijwand had Annamarie scratch gebouwd.
Reinhold Bogaard had vier automodellen op de tafels geplaatst. De Airfix 1/24 Ferrari Dino 206S 'Competizione Pininfarina' is in 1980 uitgebracht, maar het is oorspronkelijk een model van het Japanse Eidai-Grip. Het origineel is een 'concept car' uit 1967, gebouwd op het chassis van een standaard Dino met een motor uit een race-Dino die net Le Mans had gereden. Reinhold vond het een mooie vorm, maar het was wel een simpele kit. De Tamiya 1/24 Renault Alpine was daarentegen zoals gewoonlijk bij Tamiya een heel verfijnd kitje, inclusief motor achterin. De Italeri 1/24 Mercedes-Benz SL300 (die van de vleugeldeuren) had Reinhold zonder carrosserie gebouwd, om het buizenframe chassis en de schuine plaatsing van de motor te laten zien. Achteraf gezien was het frame in de kit niet al te nauwkeurig. De veel nieuwere Tamiya kit, die Wim Klerk in december liet zien, heeft dat beter voor elkaar. De Heller 1/43 Citroen DS had Reinhold geplaatst in een Hongwell 'Mini-Rama' garage-diorama. De DS was een simpel maar strak kitje. Hij had het eigenlijk gebouwd om te kijken of het mogelijk was een plastic model er uit te laten zien als een kant-en-klare 1/43 diecast.
Rob van Basten toonde drie Artitec 1/350 resin scheepsmodellen. Vooraan staat zijn model in aanbouw van het Luchtverdedigings- en commadofregat Zeven Provinciën. Deze resinkit vergt een lage bloeddruk om het te kunnen bouwen: met name de foto-ets railingen op allerlei plaatsen zijn door hun geringe formaat erg lastig om te plaatsen. In de vitrine vooraan het Multipurpose fregat Karel Doorman, dat in 1991 in de vaart kwam en in 2006 aan België werd verkocht. Achteraan het Geleide-wapenfregat Tromp, met de kenmerkende bolvormige radome, die van 1975 tot 1999 dienst deed.
Ted Spinders toonde twee Games Workshop 28 mm 'Blood Bowl' figuren, geschilderd met Citadel acrylverf. Blood Bowl is een bordspel, een soort Warhammer fantasy versie van American Football. De figuren zijn een Orc en een menselijke bloodbowl speler. Ted had er nog elf van elk geschilderd om de teams compleet te maken.
Frits Krieg gaf een presentatie over zijn eigen bouwbeleving, die een aantal fases had gekend. Het zou misschien leuk zijn als iedereen zich eens zo voorstelde, dan zouden we elkaar veel beter leren kennen. Deze presentatie werd gevolgd door een korte toelichting bij de 17 voorstellen voor het thema van de ESM-tafel. Dit als voorbereiding op de eerste stemronde hierover.
Er werd ook weer gebouwd ..
.. de handel op het biljart werd uitvoerig bekeken ..
.. en er werden modellen bekeken en modelverhalen uitgewisseld.
Tekst: Rob de Bie & Patrick Verschut / Foto's: Rody Verkruissen & Patrick Verschut