Op dinsdag 4 juni hadden we weer een bijeenkomst als gebruikelijk, in het zaaltje van speeltuinvereniging Inter Amicos in Rijswijk. Hoe toevallig, hetzelfde aantal bezoekers als vorige maand: 32. Er was ruimte voor alle modellen en voor veel gezellige gesprekken aan de bar, de modellentafels en aan de bouwtafel. Geen presentatie vanavond - volgende maand weer. Regio-coördinator Edu gaf een korte vooruitblik naar komende evenementen.

Op de modellentafels zagen we 26 modellen. Er waren twee diorama’s in schaal 1/35, van een Panzerjäger IV en een Abrams M1A1. In de categorie schepen waren er in schaal 1/125 de Calypso van Jacques Cousteau en in 1/700 boorschip Chikyu en de Yamato in secties met inwendig detail. Bij de voertuigen waren er een Panzer I Ausf. B in schaal 1/16, in 1/24 een Ford Mustang 1984 Funny Car, een Nissan Gazelle, een Scania 142 en een Mercedes C111. Verder waren er in 1/25 een Camaro Z28 Funny Car en een Lola T-8900 Indycar. Ten slotte waren er een Dragon Wagon tanktransporter in schaal 1/72 en een Churchill bruggenlegger in schaal 1/76.

Bij de vliegtuigen zagen we in schaal 1/48 een Sea Harrier FRS.1, een Harrier T.7, een Fokker G.1 en een Northrop NF-5A. In 1/72 waren er een Folland Gnat, een Cassutt 111M (vers van de 3D printer), een Lockheed F-35 Lightning II, een Curtiss P-6 Hawk, een Lockheed P-2H Neptune, een Boeing B-47 Stratojet, een Douglas DB 8A-3N, een Messerschmitt Bf 110-G4, en een Koolhoven F.K.55 prototype.

Patrick Verschut

 

Dan het fotoverslag, van rechts naar links over de tafels gezien.

Rody Verkruissen
1/48 Tamiya Hawker Siddely Sea Harrier FRS.1
1/48 Kinetic Harrier T.7

1bDSC 0252

2bDSC 0254

 

Pieter Spoelstra: “ik heb twee modellen meegenomen die in de 'Slag om Ypenburg’ gevlogen hebben en mogelijk tegen elkaar hebben gevochten. De Douglas DB 8A-3N (1/72 van Special Hobby) was een verkenner/lichte bommenwerper en kwam pas tijdens de mobilisatie uit Amerika naar Nederland. Eigenlijk was het in de meidagen niet het juiste toestel om het op te nemen tegen de Duitse aanvallers. Het vliegtuig is in de bekende drie kleuren gespoten, alsook de driehoekige markeringen. Het toestel is een beetje verweerd, maar niet al te veel, omdat het niet veel vlieguren heeft gemaakt. De kleuren zijn van Hataka.
De Messerschmitt Bf110-G4 is van Italeri (ook 1/72). Voor dit vliegtuig heb ik ook gebruik gemaakt van een resin en foto-ets setje voor de cockpit en de motor. De kleuren zijn gespoten in de kleuren die toegepast werden in de beginjaren van de oorlog. Het camouflagepatroon is gespoten met een 0,15 mm naaldset met MRP verf, die van zichzelf al sterk verdund is, en waarmee je mooie effecten kan bereiken. Met shaders van Ammo heb ik de roetuitstoot van de motoren gemaakt. Verder heb ik met olieverf nog een en ander verweerd. Het toestel is nog niet helemaal af. bedoeling is om de canopy nog iets aan te passen en er een diorama van te maken waarbij monteurs worden toegevoegd.”

3bDSC 0259

4bDSC 0258


Jaap de Vries: “Vanavond heb ik meegenomen een Northrop NF-5A van de KLu in de kleuren van het 'Synchro Pair display-team Double Dutch'. Het model is van Kinetic in 1/48 en de decals komen van Almark. Ze waren al wat ouder en scheurden makkelijk. Ze waren lastig om over de uitstulpingen te krijgen. Erg veel demonstraties heeft het displayteam niet gegeven in deze uitvoering. Ze begonnen op 18 maart 1988 en hadden veel pech door technische mankementen en slecht weer. Na ongevallen bij shows op Kleine-Brogel en Ramstein, beide op 28 augustus 1988, kwam er een einde aan dit team.”

5bDSC 0255


Jos van der Sluijs
1/72 Frog Boeing B-47 Stratojet

6bDSC 0279

 

Paul Beukema: “Vandaag heb ik drie modellen meegenomen. Allereerst de Lockheed F-35A, 1/72, Hasegawa in de ‘beast mode’; dus met externe bewapening. De flaps heb ik in neerwaarts gezet. Het model is aangekleed met detailsetje van Eduard en gespoten met Mr. Paint. Ik wilde per sé een toestel met de geschakeerde panelen bouwen, met andere woorden ik had keuze uit de eerste of tweede geleverde F-35. Decals zijn uit de kit, omdat deze qua tinten goed pasten bij de gekozen kleuren.
De Fokker G.1 Mercury is in schaal 1/48 van MikroMir. Eigenlijk heb ik best veel aan de kit veranderd; het volledig interieur voor een tweezitter inclusief gescratchte M.20 Lewismitrailleur, de cockpitkap zelf getrokken en in geopende stand gezet, bakboordmotor opengewerkt, flaps in downstand gezet en de roeren uitgezaagd. Op zich is het een uitstekende kit, maar de propellers en wielen vond ik slecht en heb deze daarom vervangen door resin. Het model is na een uitvoerig vergelijkingstraject uiteindelijk gespoten in een mix van Humbrol en Xtracolor enamels en een toplaagje van Alclad Klear Semi Matte. De decals zijn van Dutch Decal.
Een tijdrovende conversie van de bekende Monogram Curtiss P-6 Hawk (1/72) van de LA-KNIL met veel scratch- en plamuurwerk, leverde deze bouw mij op. Rarebits was een submerk van Rareplanes van vacuform conversiesetjes. Achteraf gezien was volledig scratchbouw van de romp misschien eenvoudiger geweest. Van de Monogram-kit zijn alleen de vleugels, de staartdelen en de motoruitlaten gebruikt. Het toestelletje is gespoten met Tamiya spuitbusverf in de kleuren USAAF Olive Drab en Silver Leaf. Decals zijn van Dutch Decal, behalve de registratie. De blauwe chevrons zijn gespoten. Het resultaat is een hartstikke leuk stoer ding, maar het was een hele klus. Het vervelende is dat ik niet tevreden ben over de spandraden. Omdat deze in het echt tamelijk lomp waren, heb ik visdraad toegepast. Maar het kistje is met zijn zelfgemaakte strutjes zo fragiel, dat ik het draad niet strak genoeg naar mijn zin gespannen krijg. Als ik een keertje moed heb verzameld, ga ik ze vervangen... “

7bDSC 0272

8bDSC 0276

9bDSC 0274

 

Rob de Bie: “Bijna iedereen kent de film 'Top Gun' uit 1986, maar de persiflage 'Hot Shots' uit 1991 is wat minder bekend. In plaats van stoere Tomcats worden in die film de kleinst mogelijke (lullige?) jets gebruikt, Folland Gnats. Airfix heeft van de Gnat in 2012 een moderne 1/72 kit uitgebracht en een uitgave uit 2018 bevatte decals voor de filmversie. Die laatste kit heb ik gebouwd voor een winkeldisplay voor de ESM van 2023, met hoofdrolspeler Charlie Sheen in vol ornaat op het bordje. De kit was makkelijk te bouwen, op de inlaten en het landingsgestel na. Ik heb alleen wat extra details in de achterste cockpit aangebracht. De MRP verf spoot heerlijk, als altijd. Voor de liefhebber heb ik er ook een parkeermeter bij gezet, zoals in de film. Alles bij elkaar een geinig projectje.
In 2024 wil ik de voor- en nadelen van 3D tekenen en 3D printen bekijken. Daarom heb ik voor het eerst een heel vliegtuig (vliegtuigje) in 3D CAD getekend, en wel een Cassutt 111M in 1/72. De Cassutt is een 'Formula One' racer, een lichte klasse in het Amerikaanse pylonracen. Het is een homebuilt, je moet het vliegtuig helemaal zelf bouwen van tekening, en er zijn ongeveer 800 stuks gebouwd. 3D-teken en -print modelbouw levert een uniek model op, maar heeft ook nadelen. Het tekenen kostte tot nu toe zo'n 20 uur, en ik heb drie weken niet achter de modelbouwtafel gezeten. Wim heeft de onderdelen geprint. De foto is nageleverd, want bleek te ontbreken in Rody's foto's.”

10bDSC 0263

 juni extra

Leo Ripken: “Ik heb de romphelften van de 1/72 Hasegawa Lockheed P-2H Neptune apart geschilderd en daarna gelijmd, maar achteraf ben ik toch niet blij met de naad over de romprug. Het volgende model bouw ik de romp weer in één stuk. De vleugels heb ik losneembaar gelaten, vanwege het transport naar beurzen en tentoonstellingen. Bij dit model werkt dat prima, omdat Hasegawa vleugeltabs heeft gemaakt die in elkaar grijpen, waardoor de V-stelling gegarandeerd is. Het model is geschilderd in een eigen mix van Humbrol 15 Midnight Blue en 77 Navy Blue. De decals waren een teleurstelling: ook na een kwartier kwamen ze nog niet los. En wat er los kwam brak in duizend stukjes. Tim van Luijk organiseerde een decalsheet uit Groot-Brittannië, die heb ik gebruikt. Ik moest het wel aanvullen met o.a. wat rode strepen. De extra straalmotoren zaten er nog niet aan op de regioavond, maar nu wel."

12bDSC 0262

 

Edu de Roos: “De Calypso is een drijvend oceanografisch laboratorium, waarmee Jacques Cousteau (1910–1997) en zijn bemanning talloze reizen maakten tussen 1951 en 1996. Dit schip werd in 1941 gebouwd, gedurende de Tweede Wereldoorlog op de scheepswerf van Ballard Marine Railway Yard in Seattle in de staat Washington (USA) en was bestemd als mijnenveger voor de Britse Marine. Jacques Cousteau vond het schip voor onderwaterexploratie op Malta. Het schip werd voor hem gekocht door Sir Thomas-Loël Guinness, een Engelsman uit een rijke familie, onder voorwaarde dat Cousteau het schip goed zou onderhouden. Ze werd in de loop der tijden uitgerust met zodiacs (snelle bootjes met buitenboordmotor), met een helikopterplatform, een kleine duikboot, satellietverbindingen en de laatste snufjes in wetenschappelijke uitrusting. Het oorspronkelijke schip was 42 meter lang, maar Cousteau had er een observatiepost aan toegevoegd waardoor de Calypso 42,5 meter langs is. Het haalde een snelheid van 10 knopen door twee dieselmotoren met gezamenlijk 430 kW. En zo begon dit schip aan een lange loopbaan van ongeveer veertig jaar als het eerste schip dat speciaal uitgerust was voor onderzoek van de zeebiologie en voor onderwateropnames. Het model van de Calypso is voor het eerst in 1976 door Revell en Lodela (nooit van gehoord) op de markt gebracht, met op de voorkant van de doos het schip met foto’s van Jacques Cousteau. Na diverse andere  uitgaven onder de noemer Calypso, is op deze doos van 2010 vreemd genoeg is niets terug te vinden van Calypso en Cousteau, maar heeft de doos als titel 'Ocean Exploration Vessel' en is ook de displaystand aangepast. Wel is de inhoud hetzelfde (op de displaystand na) en bestaat uit: een gedetailleerde tweedelige romp met observatiepoorten, gedetailleerd dek met rails, helikopterlandingsplatform, roterende kraan, Hughes 300C helikopter, twee duikersfiguren met haaienkooi, twee haaien, een Zodiac-rubberboot, twee hulpboten en drie minisubs. Het model is in schaal 1/125 en 33 cm lang. Een leuk model om te bouwen zo uit de doos. Ik heb het geverfd met Revell en Humbrol enamel.”

13bDSC 0266

 

Rob Hamann: ”Ik had dit keer geen model meegenomen maar de masters voor een 1/72 resin kit, waar ik op het moment aan werk: het prototype van de Koolhoven F.K.55, zoals dat op de Parijse Salon in 1936 heeft gestaan. Dat vliegtuig heeft overigens nooit gevlogen en het tweede prototype is na een half rondje om het vliegveld definitief aan de kant gezet. De masters zijn gebaseerd op een AutoCAD model van het vliegtuig, met software van Frank van Dalen afgeleid uit de foto’s die van het prototype bestaan. Dat was een meevaller, want dit vrijwel overal dubbel-gekromde uiterlijk van het vliegtuig kon onmogelijk afgeleid worden uit de paar Koolhoven maatschetsen die nog bestaan. De master van de romp heb ik gemaakt door een styreen spantenplan op te vullen met stukjes styreen en Apoxy klei en daarna wat uurtjes te besteden aan het in vorm schuren. De vleugels en staartvlakken zijn van styreen, ook weer in profiel geschuurd. De romp is overlangs gedeeld, de enige manier om een cockpitruimte uit te kunnen frezen. Ook de complex gevormde wielbakken zijn uitgefreesd in romp en vleugel. Er moet nog wat werk verricht worden aan kleinigheden en dan zijn de masters klaar om afgegoten te worden.”

14bDSC 0268

 

Chris van Ravesteijn: “De Bandai 1/700 Chikyu is een boorschip, niet voor aardolie , maar voor wetenschappelijk onderzoek in de zeebodem van de Stille Ocean naar de tektonische platen en aardbevingen. Het model (in Telford op de kop getikt) komt in zes verschillende kleuren, die geen verfkwast meer nodig hebben. De delen zijn in principe met pen/gat-verbindingen aan elkaar te klikken en je ziet zelfs geen naden meer! De verbindingen op de gietramen met de onderdelen zijn dermate schuin aflopend dat, als je de delen uitknipt, je die verbindingen haast niet meer terugvindt op het onderdeel. De diverse modules die op het dek komen, kunnen als modules worden gebouwd en dan per module op het dek geklikt worden en zijn ook weer afneembaar. Alle loopoppervlakken en looppaden krijgen een groen zelfklevend loopvlak, wat gezien de soms zeer kleine maten, een beetje een probleem is (en het zijn er bijna 60). De railings, en dat zijn er ook nogal wat, moeten er nog op, maar het is dan wel makkelijk dat je de modules er zo af kan halen om bij al die verborgen plekjes te kunnen komen.
Rond 2005 werd de kit van Takara van de Yamato in schaal 1/700 uitgebracht, alleen in Japan verkrijgbaar. Het bijzondere was dat het schip in zeven aparte doosjes was verpakt ! Elk doosje een stuk schip met alle onderdeeltjes die er nog opgezet moesten worden. Gezien de soms érg kleine onderdeeltjes de tip om het werk aan een kleine tafel midden in een kamer of lege ruimte te doen, gezien de (vaak) wegspringende onderdeeltjes. Ik gebruikte daarvoor een speciale pincet met tandjes. Het meest bijzondere, buiten dat de delen al in kleur zijn, is dat er een compleet interieur in de losse delen zit. Ook in de opbouw zit een interieur. Hierdoor heb je een mooie doorsnede van alles wat er in de romp zit. De losse delen staan op statiefjes en via bijgeleverd plastic pennen kan je de delen tot één boot samenvoegen. Dit exemplaar had ik ooit voor iemand mee laten komen maar na diens overlijden is die weer bij iemand anders terechtgekomen en dan uiteindelijk weer bij mij. Echter was het interieur eruit gehaald en de delen aan elkaar verlijmd. Dus de delen losgebroken, interieur er weer in gelijmd en de romp opnieuw geverfd. Ik had nog een mooi plateau (Lindberg uit de zestiger jaren), dat met pur-schuim gevuld en dan de voeten van de delen erop gelijmd om er een soort van diorama van te maken. “

15bDSC 0282

16bDSC 0280


Martin Letterman
1/72 Academy US Tank Transporter ‘Dragon Wagon’
1/76 Airfix Churchill bruggenlegger

18bDSC 0287

17bDSC 0284

 

Reinhold Bogaard: “Ik had twee dragsters ('funny cars') in aanbouw meegenomen. Een 'Jungle Jim' Camaro Z28 van Revell in schaal 1/25 en een 'Blue Max' Ford Mustang 1984 van Monogram in 1/24.“

19bDSC 0289

 

Walle Oppedijk van Veen: “Mijn derde en laatste Main Battle Tank die door het Westen aan Oekraïne geleverd wordt is de Abrams M1A1 van Tamiya in schaal 1/35. De tank laat zich buitengewoon eenvoudig bouwen, mits de instructies goed worden gevolgd. Het werk zit in het verven en weatheren. Voor de camouflage heb ik een maskeringsvel voor een Leopard gebruikt van de Duitse firma Panzerflux. Best wel lastig, maar het lukt wel met veel plak- en knipwerk. De scheidslijnen tussen de verschillende kleuren wordt dan (te) scherp, maar met het verweren wordt dat gelukkig minder opvallend, en gaat de tank steeds realistischer worden. De vlag is wat groot uitgevallen (die had ik nog) maar het zal een Rus zijn die zich daar aan stoort.”

20bDSC 0290

 

Thomas Hamann: “Mijn model is de 1/24 Nissan Gazelle van Aoshima in aanbouw. De kit krijgt de nodige modificaties om er een custom-versie van te maken, dus verlaagd, andere wielen en banden, etc.”

21bDSC 0294


Wim Hoogendoorn: “Ik heb meegenomen het model in aanbouw van een Scania 142 van Italeri in schaal 1/24. Die heeft uit de doos een bakwagen opbouw, maar daar ben ik niet tevreden mee. Daarom heb ik zelf een andere achteropbouw gemaakt met een hulpchassis eronder. En daarnaast heb ik een autolaadkraan van KFS achterop geplaatst.”

22b

 

Cliff Slootweg: “Zoals je al kunt zien is de Indycar (of Cart zoals het toen heette, dacht ik) nog in aanbouw. Het is de Lola T-8900 met Kmart/Havoline sponsoring van Michael Andretti uit 1990. Uitgebracht door AMT op schaal 1/25. Het model is volgens mij niet volledig naar waarheid, want het bodywork loopt op de foto toch wat anders (breder) dan bij het model. En zo zijn er wel meer details anders dan de 1:1 versie. Ook past de bovenkant van het chassis niet zo goed op de onderkant. Die naad moet je dus vullen en schuren. Daarbij heb ik 'Black' gebruikt: een wat dikkere CA lijm die prima werkt voor kleine kiertjes. Maar helaas is het, zoals de naam al zegt, black, zwart dus. En aangezien het straks een witte wagen moet worden, valt zo'n zwart randje gelijk op. Ik probeer nu de Tamiya Lacquer Paint white (LP-2) dekkend te krijgen. Het model heeft ook al wat extra details gekregen van mij, zoals de leidingen op het motorblok en veiligheidsgordels en een vizier bij de coureur. De koelkappen over de uitlaten heb ik ook aangepast. Van een katoenen zakdoekje gemaakt. Uitknippen, met houtlijm iets verstevigen en in de juiste bolle vorm gedrukt. Veel mooier dan de platte plastic versie uit de doos, als je het mij vraagt. De dikke chroomlaag op de wiel- en motoronderdelen heb ik ook weggehaald en met Alclad II Chrome gespoten. Heerlijk spul om mee te airbrushen met een prachtig glad glanzend resultaat. Hopelijk krijg ik de wagen verder ook zo netjes. Eerst maar die zwarte naad weg krijgen. Ik zit op laag drie inmiddels.”

23bDSC 0298

 

Jörgen van ‘t Wel: “De Mercedes C111 (van LS in schaal 1/24) nadert zijn voltooiing. Het is me gelukt een goudgeeloranje kleur te vinden die lijkt op de prototypes op foto’s. Bij het Mercedes Museum konden ze me alleen de naam van deze kleur vertellen: Weissherbst, speciaal gemixt voor deze auto’s. Gelukkig heeft verfwinkel Nicolaas in Leiden heel veel stalenboeken liggen - nog bedankt voor de tip, Annamarie! Het interieur is klaar met aftermarket stoelen, zelf geprinte decals voor de stoelbekleding en heel veel scratchbuilt panelen. Ik had nog een 1/24 figuur liggen uit een Tamiya-doos, minus het hoofd; dat komt uit een Italeri truck accessoire kit. Leek me een aardige toevoeging omdat ik de vleugeldeuren open ga zetten. Hopelijk lijkt hij na een schilderbeurt op een Duitse ingenieur want met deze auto’s werd veel getest destijds.“

24bDSC 0300

 

Kees Onderwater: “Deze avond heb ik de bij de Kempense Modelbouw Klub (KMK) met brons bekroonde Panzer I Ausf. B mit Abwurfvorrichtung meegenomen. Het model is gebouwd in de schaal 1/16 en is van het merk Takom. In de volksmond werd deze Panzer ook wel ‘Galgenvogel’ genoemd. De luiken van de tank heb ik opengezet en dat vraagt dan natuurlijk om meer detail aan de binnenkant. De oplossing daarvoor heb ik gevonden bij AFV Modeller uit Engeland. Ook de uitrusting boven op het model komt van dit merk. Het display is een bijpassend lijstje uit de kringloop met een zelfgemaakte opbouw. De Frans/Belgische kasseienweg is gemaakt met ‘Das’ klei. De grootte van de keien is bepaald met een metalen schacht van een grote kwast. De haren van de kwast werden verwijderd en de metalen schacht in de vorm van een kassei gebogen en daarna in de klei gezet. De weg en de grasstrook werd verder verweerd en aangekleed met zand en statisch gras. De bijpassende boom, het houten hekwerk en de takken van de rol op het Panzer komen uit eigen tuin. Het figuur is van Verlinden en geschilderd door partner Annamarie. “

25bDSC 0302

 

Jan Edelenbos
1/35 Monogram Panzerjäger IV

26bDSC 0305

 

Tot slot nog wat sfeerbeelden uit Inter Amicos.

50bIMG 0070

51bIMG 0073

52bIMG 0075

53bIMG 0081

54bIMG 0082

55bIMG 0083

56bIMG 0084

60bIMG 0085

En dat was het weer voor deze maand.

Tekst: leden. Eindredactie: Patrick Verschut. Foto's: Rody Verkruissen en Patrick Verschut