Vanavond, dinsdag 1 november, hadden we weer een mooie opkomst bij onze clubavond. Zoals gebruikelijk, sinds 2005, weer in de zaal van speeltuinvereniging Inter Amicos in Rijswijk. Ik telde 33 bezoekers, waaronder één nieuw gezicht, Jan, die door Rob wegwijs werd gemaakt. Jan is een herintredende bouwer die gelijk twee fraaie modellen meebracht. Geen presentatie vandaag, maar wel de verdere voorbereiding voor de regiotafel voor de ESM. Onder leiding van Brian en Edu zijn de diverse diorama’s geplaatst en voorzien van tijdelijke achtergrond.
In zijn praatje gaf regiocoördinator Chris aan dat de huur van het zaaltje onder druk van de stijgende energieprijzen omhoog moet en dat de aanwezigen verzocht worden hun bijdrage te verhogen. Het bestuur is inmiddels gevraagd om een subsidie voor de maandelijkse zaalhuur. Ook kondigde hij onze deelname aan de Modelspoordagen in de Broodfabriek in Rijswijk aan (14 en 15 januari 2023). Ruud meldde zich aan als eerste vrijwilliger voor deelname achter de regiotafel.
Bij de modellentafels werd menig model besproken, werden nieuwtjes uitgewisseld en werd de problematiek in de wereld van commentaar voorzien. Ted had naast enkele modellen, wat handel bij zich. Leo en Tim zorgden voor productie aan de bouwtafel. En de bar was dé hangplek voor oudere jongeren met behoefte aan koffie, fris of bier.
Het zwaartepunt op de modellentafels lag vanavond wel flink op vliegtuigen in schaal 1/72. Zo’n twee-derde van de 29 modellen was in die schaal. Annamarie en Jan hadden hun diorama’s in schaal 1/35 meegenomen, respectievelijk 'Feierabend' en 'German 20 mm flak 38'. Daarnaast was er een kleine verzameling olievaten in schaal 1/16, en in schaal 1/87 een seinhuisje en een steenslagfabriek. Rob toonde zijn nieuwe decalontwerpen. Het rijdend werk bestond uit een Citroën HY foodtruck met feestverlichting in schaal 1/24, en in 1/35 uit een Soviet Command Car en een British heavy assault tank 'A39 Tortoise'.
Bij het vliegend materiaal was er in schaal 1/32 uit twee Spitfires en een Curtiss P-40N, alle drie in aanbouw. In schaal 1/40 was er een Nike Hercules, gevolgd door een Messerschmitt Bf 109 K-4 in 1/48. Dan in schaal 1/72 achtereenvolgens een Republic F-84G Thunderjet, North American F-100F Super Sabre, Grumman JRF-5 Goose, Boeing KC-97 Stratocruiser, Hawker Tempest Mk V, De Schelde S.20 en S.21, twee stuks Northorp F-5A Freedom Fighters, De Havilland DH.88 Comet, Fokker G.1, Saab 91 Safir, Airspeed AS.51 Horsa en een Cant Z.501 Gabbiano (die zien we niet zo vaak). Tenslotte waren er een Apollo 17 in 1/96 en een Ariane 4 in schaal 1/144. Tegen tienen werden de modellen weer ingepakt en gingen we weer langzaam huiswaarts.
Patrick Verschut
Dan het fotoverslag. We hadden vanavond 29 modellen op de tafels staan, waaronder een aantal in diorama. Zoals gebruikelijk laten we ze zien van recht naar links.
Jan de Wit 1/32 Revell Spitfire
Rody Verkruissen1/32 Trumpeter Curtiss P-40N
Leo Ripken
1/72 Draw Decal Grumman JRF-5 Goose
1/72 Tamiya Republic F-84G Thunderjet
1/72 AMT North American F-100F Super Sabre
Jos van der Sluijs: “Ik heb lang naar het model mijn Academy 1/72 Boeing KC-97 Stratocruiser gezocht en ‘m uiteindelijk via een tip van een regiogenoot aangeschaft. Er was er nog eentje op voorraad, prijs € 34,95. Het bouwen gaf plezier, niet echt moeilijk voor bouwers met ervaring, de onderdelen pasten goed en de bouwtekening was redelijk duidelijk. Het is een echt groot model. Ik heb er een paar weken vrij intensief aan gewerkt en de radarkoepel niet geplaatst. Er was wat discussie geweest hoe de vele cockpitramen te verven. Uiteindelijk na meditatie, met trillingvrije hand en volkomen nuchter heb ik de raamstijlen weten te verven. Over het algemeen ben ik heel tevreden over het merk Academy. Van de KC-97 zijn er 811 voor de USAF gebouwd waaronder 74 vracht toestellen. Naderhand zijn ze uitgerust met extra J47 jets om op snelheid te zijn voor de F-84, F-100 en F-101. De eerste vlucht was in november 1944. Naderhand zijn ze vervangen door de KC-135 en C-130 Hercules."
Patrick Verschut: “Naast mijn Hawker Typhoon wilde ik wel eens zijn jongere broertje Tempest Mk V zetten. Academy biedt die mogelijkheid in schaal 1/72. Een fraaie kit, die ik recht uit de doos heb gebouwd. Prima fijne paneellijnen, wat interieurdetails en degelijke wielbakken. Het spuitwerk is gedaan met Humbrol. Dan de decals; dat is ander werk. Beroerd spul, ondanks hun fraaie uiterlijk. Ze zilveren, zijn behoorlijk stug en laten zich - ondanks veel soppen met Micro Sol - niet in de paneellijnen zakken. Erger nog: de toplaag van de decals beschadigt onder invloed van te veel Sol. Ik heb een deel van de generieke decals en de identificatieletters dan ook weer van het toestel afgehaald en vervangen met exemplaren uit de reservedoos.”
Rob Hamann:“Ik had het prototype van de 1/72 kit voor de De Schelde S.20 meegenomen, dat net klaar was. Ik was tamelijk tevreden dat de samenbouw grotendeels werkte, zoals ik bij het maken van de masters had bedacht. Maar er blijven altijd wel dingetjes die niet kloppen, of die je gewoon fout doet. Zoals het samenbouwen van het vacuüm gevormde cabinedak en de onderkant van de romp, waar een met opzet aangebracht richeltje in de weg zat. En het nauwkeurig uitlijnen van de twee staartbomen met vleugels en romp. Dat onderstreept alleen maar het belang van een prototype. En dan is het online publiceren van een bouwverslag ook nuttig, want anderen zien veel beter dan jezelf wat fout zit of beter kan. Via collega bouwers, het Aviodrome en natuurlijk boeken heb ik veel informatie gekregen. Zoals gewoonlijk was het weer een internationaal project: decals van Arctic Decals in Finland, de cabinedaken van Rob Taurus in Tsjechië, het gietwerk van Tilly Models (nog net in Nederland) en de verfmaskers van Jan de Wit. Ter vergelijking had ik het 1/72 model van de De Schelde S.21 er naast gezet, jaren geleden uitgebracht door RS Models. Dit jachtvliegtuig was in ontwikkeling bij het uitbreken van de tweede wereldoorlog, maar heeft nooit gevlogen. Qua concept lijkt het erg op de S.20. Het model was redelijk eenvoudig te bouwen, maar er klopten een aantal dingen niet aan. De diameter van de schroef was te klein voor het vermogen van de geplande motor en de cabine-inrichting moest aangepast worden om in de romp en onder de canopy te passen. De machinegeweren zaten niet in de kit en zijn dus scratch gemaakt. Ook de decals heb ik aangepast en aangebracht op dezelfde plaats als bij de S.20. Het is best een aardig modelletje geworden."
Ted Spinders: “Ik heb de beide 1/72 Northorp F-5A Freedom Fighters tegelijk gebouwd, gespoten met Tamiya en de camouflage met 'Ammo masking putty' gemaskeerd, daarna in Vallejo vernis, decals en oil wash en weer in de matte vernis. De Hasegawa was een mooi kitje maar miste tiptanks die ik typerend voor dit model vind. Dus die heb ik van een oude Matchbox hergebruikt. Verder is deze zo uit de doos gebouwd en slechts een enkele decal toegevoegd, eveneens van Matchbox. De Matchbox is wat summier qua cockpitdetail. Met styreen heb ik een dashboard voor de piloot achterin toegevoegd. Dit model is met ingeklapt landingsgestel op een standaard gebouwd. Daar dit een late kit was, kwamen de KLu decals uit de reservevoorraad. De decals van deze modellen zijn wel een puntje, omdat deze vanwege de leeftijd wel wat vergeeld zijn en ook zilvering optrad. Maar al met al is het een leuk paar.”
Thomas Hamann: “Het model betreft een De Havilland DH.88 Comet op schaal 1/72, de voormalige 'Black Magic' die na de race als postvliegtuig 'Salazar' in gebruik was in Portugal. De kit is van Whirlybird Decals, eigenlijk gewoon de erg vermoeide Airfix mal uit 1958 met een resin cockpit, vac-form kap en nieuwe decals. De kit was ietwat een draak om te bouwen i.v.m. de slijtage aan de mal, waardoor er erg veel snij- en vulwerk nodig was om alles pas te krijgen (op gelijke hoogte etc.). De poten van het landingsgestel waren te kort, dus die heb ik zelf maar opnieuw gemaakt. De Whirlybird decals zijn flinterdun, maar reageren zeer slecht op Microset en waren alleen met ruim water enigszins intact op hun plek te krijgen.”
Pieter
Pieter Spoelstra: “Deze Messerschmitt Bf 109 K-4 van Revell in schaal 1/48 heb ik recht uit de doos gebouwd en op drie puntjes aangevuld: de bedrading van de antenne, het scharnier om de cockpit in geopende toestand te tonen en de veiligheidsgordels. De gordels heb ik gemaakt van aluminium en koperdraad, alsook het scharnier. De bedrading is van 0.03mm rigging draad van Ammo by Mig Jiminez. Alleen het cijfer 7, de 'I' in het groene vlak en wat kleine teksten zijn decals. De rest heb ik gespoten met de airbrush. Ook het overige verfwerk is hoofdzakelijk geairbrushed voorzien van een vernislaag en daarna geweatherd met olieverf, pigmenten en panel line washes. De neus van de propeller is met de hand geschilderd.”
Roelof Timmerman: ”Vanavond heb ik 4 modellen meegenomen. De Revell Nike Hercules in 1/40 is een heruitgave van een model uit 1957, vol met klinknagels die zelfs op het echte ding in het museum niet te zien zijn. Die heb ik er dus afgeschuurd en verder heb ik de verbinding tussen eerste en tweede trap opengewerkt, balanceergewichten op de roeren gemaakt en nog wat andere kleine details toegevoegd en gecorrigeerd. Leuk om te bouwen maar relatief veel werk om er wat leuks van te maken. Een Fokker G.1 van MPM in schaal 1/72 was ik al een paar keer aan begonnen voordat ik hem dit jaar maar eens heb afgemaakt. Motoren en propellers heb ik aangepast, maar voor de rest heb ik hem volgens de instructies gebouwd. Als short run kit met veel glas vond ik het geen makkelijke, maar ik heb er uiteraard weer het nodige van geleerd. De Ariane 4 van Revell in schaal 1/144 stamt uit 1985, drie jaar voor dat de Ariane 4 voor de eerste keer gelanceerd werd. Dat verklaart waarom de lanceertoren niet die van Ariane 4 is, maar die van Ariane 1 t/m 3. Ik heb de kit volgens de instructies gebouwd, wat zonder veel problemen lukte. Voor zover ik heb kunnen nagaan, is dit de enige kit van Ariane 4 in 1:144 die in wat grotere oplage gemaakt is.
En tenslotte een souveniertje uit het Zweedse luchtmachtmuseum: de Heller Saab 91 Safir, ook in 1/72. Van deze trainers zijn er in de 50'er jaren van de vorige eeuw zo'n 320 gebouwd, waarvan 120 in Dordrecht, bij de Schelde. Ik heb ‘m in Noorse kleuren gebouwd, omdat de Zweedse decals door een misdruk niet bruikbaar waren. “
Rients Couperus: “ik heb twee modellen meegenomen. Het eerste model is een Airspeed AS.51 Horsa, schaal 1:72 van het merk Italeri. Die heb ik gekregen van mijn collega’s tijdens een jubileum (35 jaar bij de zaak maar ten tijde van de viering was het inmiddels al 36 jaar, met dank aan corona). Leuk model om te bouwen. Ook veel figuurtjes erbij. Daarom heb ik besloten om het met een diorama te bouwen. Nu is de diorama vrij eenvoudig. Meestal zet de piloot dit zweefvliegtuig het liefst neer op vlak terrein. Het model was zo goed als af, alleen de matte eindlak moest er nog op. Er is geverfd (enamel) met de kwast en dat was ondanks de grote oppervlakken goed te doen. Ook de decals met de D-day strepen dekten goed. Als toevoeging heb ik een jeep in de romp gezet. Deze is te zien via de opening aan de achterkant. De staart kon namelijk losgekoppeld worden van de staart, waarna via rijplaten de jeep kon worden gelost. Als er geen jeep aanwezig was konden er 26 manschappen mee, naast de twee piloten. Ook kon de cockpitsectie zijwaarts worden bewogen. Ik heb de cockpit losgelaten maar wel aan de romp gemonteerd via een hulpplaatje dat onder de vloer kan doorschuiven. In totaal zijn er ongeveer 3750 stuks van dit zweefvliegtuig gebouwd, waarvan er maar weinig de oorlog hebben overleefd. Er konden 1 of 2 door een Dakota worden meegenomen en losgelaten boven het inzetgebied.
Het tweede toestel was één uit de oude doos, ik denk rond 1991 gebouwd. Eén van de laatste modellen die ik gebouwd heb voordat ik heel lang gestopt ben met bouwen vanwege gezin en kinderen. Het is een C.R.D.A. Cant Z.501 Gabbiano, 1:72 van het merk Italeri. Ook toen schilderde ik al voornamelijk met enamelverf, maar aan het bouwvoorschrift te zien heb ik deze toch gespoten. Leuke vliegboot van de Italiaanse marine vliegdienst. De eerste vlucht was in februari 1934 maar het toestel bleef in dienst tot 1949/50 toen het laatste exemplaar verschroot werd. In totaal had men 202 exemplaren in dienst die vooral goed werk hebben verricht met het redden van met name piloten uit zee. Het had als bijna 'Mammaiuto' wat zoiets betekend als 'Mamma Help'.
Jan de Jager: “De Heller 1/24 Citroën HY heb ik omgebouwd naar het voorbeeld van de Foodtruck van een familielid. Daarvoor is een oude Citroën HY ingrijpend aangepast, o.a. door hem helemaal elektrisch te maken. Uiteindelijk heb ik de cabine van de HY uit de kit gebruikt. Achter de cabine is alles afgezaagd en van scratch opgebouwd aan de hand van foto’s van de echte truck. De aankleding met alle machines, details, verlichting, bekers, glazen, koekjes etc., heeft erg veel tijd gevergd. Al met al was een stevig project, maar het resultaat stemt tevreden.
50 jaar geleden heb ik de Apollo 11 kit van Revell in 1/96 gebouwd en op mijn nachtkastje gehad. Uit sentimenteel oogpunt heb ik hem weer gekocht. Inmiddels weet ik meer en sprongen de gebreken aan de kit in het oog. Daarom moest er nogal wat aan verbouwd worden om ‘m als Apollo 17 te krijgen. Bovendien wilde ik er een Lunar Rover bij zetten en dus moesten de lander en de Command and Service Module ook nog eens op J-mission niveau gebracht worden. De bouw is niet zo moeilijk, want het is een kleine kit. Maar met het hele onderzoek naar hoe en wat verbouwen was wel weer tijdsintensief. Maar dat vind ik ook leuk, want je leert er weer een heleboel bij. Op de regioavond heb ik wat decals van Rob de Bie gekregen, om de high-gain antenne op de Service Module te kunnen maken. De antenne in de kit is namelijk veel te klein en Rob had bij zijn project een mooie oplossing gemaakt. En hij had gelukkig voor mij nog decals over."
Annamarie Jongbloed: “Met de titel 'Feierabend' heb ik een setje Duitse figuren in feeststemming van Verlinden in schaal 1/35 verwerkt in een bij de Action aangeschafte snoepfles. Het tafereeltje heb ik ze op een zelfgemaakt houten vloertje geplaatst. De tafel is met dunne fineerstrookjes beplakt en zelfs de mandoline is van ragdunne snaren voorzien. Een leuk geheel en een leuk idee om een gebruiksvoorwerp te gebruiken als onderdeel van je diorama. “
Kees Onderwater: “Ik heb een klein dioriama gebouwd met een 1/16 resin setje German oil drums with fuel pomp and jerrycan, inclusief twee zinken emmertjes uit een ander setje. Het geheel, op de emmertjes na, was ontwikkeld door de ons te vroeg ontvallen Ton van Rijnberk, de vroegere eigenaar van het modelbouwwinkeltje 'De Lancier' in Gouda. Het setje heb ik Humbrol verf bewerkt in de nat-op-nat stijl in verschillende kleuren grijs en roest. De kunst is om het niet te verven maar de verf te tamponneren.
Ook heb ik nu eens geen militaire items meegenomen, maar iets uit de Modeltreinen scene, namelijk een seinhuis en een steenslagfabriekje in schaal 1/87 van het merk Pola. Voor het overgrote deel heb ik ze bewerkt met de airbrush. Over het algemeen zie je op een modeltreinemplacement gebouwen staan, maar dan zo uit de doos gebouwd, met glimmend plastic in foute kleuren. Het ontbreekt dan toch aan realisme en ouderdomskarakter. En met deze behandeling krijgt zo’n gebouwtje al direct een heel andere uitstraling. “
Rob de Bie: "Vele jaren geleden heb ik met 'vector graphics' software leren tekenen, in mijn geval met CorelDraw. Sindsdien ontwerp ik zelf de decals die ik nodig heb voor mijn modelbouwprojecten. Daarnaast teken ik decals voor andere modelbouwers, tegen een vergoeding, aangezien er meestal flink wat uren in gaan zitten. Meestal doe ik een of twee projecten per jaar. Momenteel ben ik voor een Amerikaanse bouwer bezig om een serie Camaro's uit de Trans-Am race-serie seizoen 1996 te tekenen.Ik heb nu decals voor drie auto's getekend, in zo'n 20-25 uur werk, deze gaan nu geprint worden. Daarna volgen er nog een aantal auto's. Ik heb 'templates' van de Camaro-kit gemaakt, om de decals op het juiste formaat en positie op het model te krijgen. In de foto zie je de template voor de rechter zijkant en de motorkap ietwat ruw op de body geplakt. Bij gebrek aan een kleurenprinter is alles in zwart-wit, maar de uiteindelijke decals zijn natuurlijk in full-color."
Walle Oppedijk van Veen: “Mijn Soviet Command Car in schaal 1/35 is van het merk MiniArt. Het is een recht uit de doos gebouwd Jeep-modelletje met vier passagiers en een verkeersregelaarster. Over de bouw is niet veel op te merken, niet anders dan dat de figuurtjes niet in de jeep passen zonder hun onderbeentjes te amputeren. De figuren zijn behangen met medailles en dat is, zonder vaste hand, een hele klus om goed te schilderen.
De British heavy assault tank 'A39 Tortoise' van Meng in 1/35 is een monster van een tank, waarvan er slechts een paar gemaakt zijn, eind 1945. Met een lengte van 10 meter en een breedte van bijna 4 meter, en een gewicht van 80 ton, met een niet draaibare koepel voor het 95 mm geschut, en met een topsnelheid van nog geen 20 km/u bleek deze tank een uitstekend statisch geschutsplatform te zijn, maar ook totaal ongeschikt voor tactische manoeuvres. Het Meng model is zeer gedetailleerd en alles wat kan bewegen, zou dat ook moeten kunnen. Dat is me in de praktijk niet geheel gelukt; lijm loopt soms daar waar je het niet wil. De kleurstelling is simpel: donkergroen van Tamiya en verder zijn er geen kleurbijzonderheden en er zijn ook geen decals om het geheel wat op te fleuren. Eigenlijk is het nooit meer geweest dan een veredeld prototype. Bij mij komt dit model in de rariteitenvitrine.”
Jan Edelenbos Diorama 1/35 German 20mm Flak 38
Tot slot nog een paar sfeerplaatjes uit Inter Amicos.
Tekst: leden / Eindredactie: Patrick Verschut / Foto's: Rody Verkruissen en Patrick Verschut
dit artikel werd gepubliceerd 27 november 2022